Direct naar content gaan

Gerelateerde content

Samenvatting

X (belanghebbende) exploiteert kansspelautomaten. Wegens het niet voldoen op aangifte van de over de tijdvakken september 2012 tot en met juli 2013 verschuldigde kansspelbelasting zijn aan X naheffingsaanslagen en verzuimboetes opgelegd.

Hof Den Bosch verwerpt het standpunt van X dat de kansspelbelasting een verboden belasting of heffing is in de zin van artikel 401 Btw-richtlijn dan wel strijdig is met het motiveringsbeginsel en het evenredigheidsbeginsel.

X betoogt verder onder meer dat exploitanten van speelautomatenhallen, zoals X, en exploitanten van speelgelegenheden, waar kermis- en behendigheidsautomaten zijn geplaatst, feitelijk en rechtens in een gelijke situatie verkeren, waardoor de heffing van kansspelbelasting van de eerstgenoemde categorie in strijd komt met het gelijkheidsbeginsel. X geeft het Hof in overweging om hierover prejudiciële vragen te stellen aan het HvJ.

Het Hof volgt X hierin niet. Exploitanten van speelautomatenhallen en exploitanten van speelgelegenheden zijn volgens het Hof geen feitelijk en juridisch gelijke gevallen. Voorts valt de regeling niet binnen het toepassingsgebied van het Unierecht, aldus het Hof. De stelling dat sprake is van verboden staatssteun slaagt evenmin.

Het hoger beroep van X is op alle punten ongegrond.

Metadata

Rubriek(en)
Kansspelbelasting
Belastingtijdvak
september 2012 t/m juli 2013
Instantie
Hof Den Bosch
Datum instantie
18 december 2024
Rolnummer
22/1436; 22/1437; 22/1438; 22/1439; 22/1440; 22/1441; 22/1442; 22/1444; 22/1445; 22/1446
ECLI
ECLI:NL:GHSHE:2024:4070
NLF-nummer
NLF 2025/0417
Aflevering
18 februari 2025
bwbr0002359&artikel=1,bwbr0002359&artikel=1

Naar de bovenkant van de pagina