Direct naar content gaan

Gerelateerde content

  • Wet en parlementaire geschiedenis
  • Internationale regelgeving
  • Lagere regelgeving
  • Besluiten
  • Jurisprudentie
  • Commentaar NLFiscaal
  • Literatuur
  • Recent

Samenvatting

Flo Veneer, een Kroatische leverancier, leverde van 1 januari 2020 tot en met 31 maart 2020 eikenstammen aan een afnemer in Slovenië. Tijdens een belastingcontrole concludeerde de Kroatische belastingdienst dat niet was voldaan aan de voorwaarden voor een btw-vrijstelling bij uitvoer. Volgens de belastingdienst ontbraken cruciale gegevens op documenten zoals vrachtbrieven, waaronder plaats en datum van ontvangst van de goederen.

Bij de Upravni sud u Zagrebu (Kroatië) voert Flo Veneer aan dat de btw-vrijstelling rechtmatig moet worden aangenomen wanneer zij beschikt over documenten zoals bedoeld in artikel 45bis van Uitvoeringsverordening 282/2011 inzake de uniforme toepassing van de btw-regelgeving binnen de EU. Dit artikel specificeert welk bewijs nodig is voor btw-vrijstelling bij intracommunautaire leveringen, overeenkomstig artikel 138 Btw-richtlijn. De Upravni sud u Zagrebu vraagt zich af of de Kroatische belastingdienst de btw-vrijstelling mag weigeren als de leverancier niet beschikt over de in artikel 45bis genoemde bewijsstukken. Deze rechter twijfelt of de belastingdienst verplicht is andere overgelegde bewijsstukken, zoals het fysieke vervoer van goederen tussen lidstaten, te beoordelen als aanvullende grondslag voor de vrijstelling.

Daarom is aan het HvJ de prejudiciële vraag gesteld of artikel 138, lid 1, Btw-richtlijn en artikel 45bis Uitvoeringsverordening 282/2011 zodanig moeten worden uitgelegd dat een leverancier de btw-vrijstelling kan worden geweigerd als hij niet voldoet aan artikel 45bis. Of moet de belastingdienst, ook zonder volledig bewijs zoals vereist door artikel 45bis, andere overgelegde bewijsstukken in overweging nemen en beoordelen of de goederen daadwerkelijk zijn vervoerd van een lidstaat naar een andere lidstaat binnen de EU, waarmee aan de voorwaarden van artikel 138 wordt voldaan?

Metadata

Rubriek(en)
Omzetbelasting
Belastingtijdvak
1e kwartaal 2020
Instantie
HvJ
Datum instantie
5 november 2024
Rolnummer
C-639/24
NLF-nummer
NLF 2024/2836
Aflevering
24 december 2024
bwbv0001506&artikel=267,bwbv0001506&artikel=267,celex32006l0112&artikel=138,celex32006l0112&artikel=138

Naar de bovenkant van de pagina