Direct naar content gaan

Gerelateerde content

  • Wet en parlementaire geschiedenis
  • Internationale regelgeving
  • Lagere regelgeving
  • Besluiten
  • Jurisprudentie
  • Commentaar NLFiscaal
  • Literatuur
  • Recent

Samenvatting

X (belanghebbende) exploiteerde een restaurant waar tevens de gelegenheid werd geboden waterpijp te roken. Daarbij kon zowel gebruik worden gemaakt van pijptabak (belast met accijns) als van zogenoemde steamstones (niet belast met accijns). De onderneming is gestaakt per 28 april 2021.

Na een boekenonderzoek heeft de Inspecteur informatiebeschikkingen gegeven en voor de periode van 23 november 2015 tot en met 31 december 2018 een naheffingsaanslag accijns met boete opgelegd.

Rechtbank Noord-Holland acht voor omkering en verzwaring van de bewijslast geen plaats.

X heeft volgens de Rechtbank voldoende twijfel gezaaid over de juistheid van het vermoeden van de Inspecteur dat meer tabak is ingekocht. De Rechtbank neemt daarbij mede in aanmerking dat de door de Inspecteur berekende meerinkopen voor een groter deel dan hij in aanmerking heeft genomen betrekking zouden kunnen hebben op steamstones dan wel betrekking zouden kunnen hebben op veraccijnsd ingekochte tabak, net zoals de tabak waarvan de inkoop is verantwoord in de administratie.

Het beroep is gegrond. De naheffingsaanslag en boete worden vernietigd.

Metadata

Rubriek(en)
Accijnzen
Belastingtijdvak
2015-2018
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Datum instantie
4 september 2024
Rolnummer
23/5371
ECLI
ECLI:NL:RBNHO:2024:10991
NLF-nummer
NLF 2025/0306
Aflevering
4 februari 2025

Naar de bovenkant van de pagina