Direct naar content gaan

Samenvatting

X (belanghebbende) heeft op aangifte € 3.334 BPM voldaan ter zake van een uit de Verenigde Staten afkomstige auto. De Inspecteur heeft € 8.524 BPM nageheven ter zake van deze auto. X heeft beroep ingesteld.

Rechtbank Gelderland beslist dat de historische nieuwprijs, gebaseerd op de koerslijst in het DRZ-rapport, en de handelsinkoopwaarde in dat rapport tot uitgangspunt moeten worden genomen.

Het verzoek van de Inspecteur om met toepassing van artikel 8:45 Awb de inkoopfactuur te overleggen, wijst de Rechtbank af. De Rechtbank acht het ontbreken van een inkoopfactuur voorts onvoldoende reden om het taxatierapport van X buiten beschouwing te laten.

De Inspecteur heeft volgens de Rechtbank terecht geen waardevermindering vanwege het gestelde schadeverleden van de auto toegepast. De reden hiervoor is dat X de door haar bepleite waardevermindering niet afdoende heeft onderbouwd.

Het beroep is gegrond, omdat de historische nieuwprijs van de auto moet worden verhoogd, maar de handelsinkoopwaarde niet. De voor de auto verschuldigde BPM wordt berekend op € 9.041, zodat de naheffingsaanslag wordt verminderd tot € 5.707.

Metadata

Rubriek(en)
Autobelastingen
Belastingtijdvak
niet bekend
Instantie
Rechtbank Gelderland
Datum instantie
1 mei 2024
Rolnummer
22/5636
ECLI
ECLI:NL:RBGEL:2024:2602
NLF-nummer
NLF 2024/2201
Aflevering
1 oktober 2024
bwbr0005537&artikel=8:45,bwbr0005537&artikel=8:45

Naar de bovenkant van de pagina