Direct naar content gaan

Samenvatting

Indien, zoals in het onderhavige geval, een concern door middel van een Nederlandse (holding)vennootschap van derden de aandelen in een vennootschap overneemt en die (holding)vennootschap ter financiering daarvan een schuld aangaat, is het zakelijk karakter van die schuld gegeven, ook indien dit een renteloze schuld is aan een andere concernvennootschap. Noch de omstandigheid dat het concern waartoe X (bv; belanghebbende) behoort, voor de uit de onderhavige verwerving voortvloeiende financieringsbehoefte kon kiezen voor het daartoe aanwenden of aantrekken van eigen vermogen zodat financiering met vreemd vermogen in die zin niet noodzakelijk was, noch de omstandigheid dat de fictieve rente in Ierland bij X-2 Plc niet als zodanig in de heffing is betrokken, wettigt elk op zichzelf of in combinatie de gevolgtrekking dat met de keuze die in het onderhavige geval is gemaakt, is gehandeld in strijd met doel en strekking van de wet. Het andersluidende oordeel van Hof Arnhem is onjuist.
Conform Conclusie A-G Overgauw.

Metadata

Rubriek(en)
Vennootschapsbelasting
Belastingtijdvak
1993/1994
Instantie
Hoge Raad
Datum instantie
17 december 2004
Rolnummer
39.080
ECLI
ECLI:NL:HR:2004:AP6652
bwbr0002672&artikel=8bb,bwbr0002672&artikel=10a&lid=1,bwbr0002672&artikel=10a&lid=3,bwbr0002672&artikel=10b,bwbr0002672&artikel=8

Naar de bovenkant van de pagina