Direct naar content gaan

Samenvatting

X (bv; belanghebbende) heeft tegen de uitspraak van Rechtbank Den Haag inzake een naheffingsaanslag BPM hoger beroep ingesteld en de Inspecteur incidenteel hoger beroep. Tijdens het onderzoek ter zitting van Hof Den Haag heeft de Inspecteur het incidentele hoger beroep ingetrokken.

Het Hof heeft het hoger beroep van X ongegrond verklaard. Het heeft geen aanleiding gezien voor een vergoeding van proceskosten of van het griffierecht in hoger beroep.

X betoogt in cassatie dat het Hof vanwege de intrekking van het incidentele hoger beroep de Inspecteur had moeten veroordelen in de proceskosten die X in verband met het geding heeft gemaakt en de Inspecteur had moeten gelasten X het griffierecht te vergoeden.

Ten aanzien van het griffierecht faalt het betoog.

Het betoog slaagt wel ten aanzien van de vergoeding van de kosten van rechtsbijstand.

Hoofdregel is dat indien het bestuursorgaan gedurende de hogerberoepsprocedure het door hem ingestelde incidentele hoger beroep intrekt, het Hof het bestuursorgaan moet veroordelen in de proceskosten van de belanghebbende die in verband met de behandeling van het incidentele hoger beroep voor vergoeding in aanmerking komen.

X heeft zich ter zitting van het Hof laten vertegenwoordigen door een gemachtigde. Tijdens het onderzoek ter zitting is zowel het principale hoger beroep van X als het incidentele hoger beroep van de Inspecteur behandeld, zodat het verschijnen van deze gemachtigde ter zitting mede moet worden toegerekend aan het incidentele hoger beroep. Onder deze omstandigheden had het Hof, gelet op voornoemde hoofdregel, moeten motiveren waarom het geen aanleiding zag voor een vergoeding van proceskosten. Op dit punt is het cassatieberoep gegrond.

De Hoge Raad doet de zaak af. De Inspecteur wordt veroordeeld in de kosten van het geding voor het Hof aan de zijde van X met betrekking tot het incidentele hoger beroep, vastgesteld op € 759 voor beroepsmatig verleende rechtsbijstand.

Metadata

Rubriek(en)
Formeel belastingrecht
Instantie
HR
Datum instantie
30 september 2022
Rolnummer
21/03457
ECLI
ECLI:NL:HR:2022:1343
Auteur(s)
mr. dr. I.J. Krukkert
Belastingdienst
NLF-nummer
NLF 2022/1976
Aflevering
13 oktober 2022
Judoregnummer
JCDI:NFB5267
bwbr0005537&artikel=8:75,bwbr0005537&artikel=8:75,bwbr0005537&artikel=8:108,bwbr0005537&artikel=8:108,bwbr0005537&artikel=8:114,bwbr0005537&artikel=8:114

Naar de bovenkant van de pagina