Direct naar content gaan

Gerelateerde content

  • Wet en parlementaire geschiedenis
  • Internationale regelgeving
  • Lagere regelgeving
  • Besluiten
  • Jurisprudentie
  • Commentaar NLFiscaal
  • Literatuur
  • Recent

Samenvatting

In 17 op 12 april 2013 door de Hoge Raad gewezen KB-Lux-arresten speelt het volgende:
1. Het Hof heeft zijn oordeel dat de schatting niet onredelijk is ook voor zover deze uitgaat van een factor 1,5, onvoldoende gemotiveerd.
2. Het Hof heeft in zijn uitspraak niet vermeld waarom het bij het opleggen van de navorderingsaanslagen gerechtvaardigd is dat niet de vereiste voortvarendheid is betracht.
3. De wettelijke termijn voor het doen van een uitspraak is door het Hof niet in acht genomen, waardoor de redelijke termijn verder is overschreden dan ten tijde van de zitting kon worden voorzien. In een dergelijk geval kan om heropening van het onderzoek worden verzocht voor een vergoeding van immateriële schade.
4. Het Hof heeft een onjuiste maatstaf voor wat betreft de bewijslast bij de opgelegde boeten gehanteerd.
5. In twee zaken (nrs. 12/01607 en 12/01608) heeft het Hof de opgelegde navorderingsaanslagen met boetes vernietigd omdat de inspecteur niet heeft aangetoond dat de betreffende belastingplichtigen ook KB-Lux-rekeninghouders waren. Het hiertegen door de Staatssecretaris ingestelde cassatieberoep wordt met toepassing van artikel 81 van de Wet RO ongegrond verklaard. In de overige zaken heeft verwijzing plaatsgevonden.

Metadata

Rubriek(en)
Inkomstenbelasting
Belastingtijdvak
1991 - 2000
Instantie
HR
Datum instantie
12 april 2013
Rolnummer
12.01566
ECLI
ECLI:NL:HR:2013:BZ6799

Naar de bovenkant van de pagina