Direct naar content gaan

Gerelateerde content

  • Wet en parlementaire geschiedenis
  • Internationale regelgeving
  • Lagere regelgeving
  • Besluiten
  • Jurisprudentie
  • Commentaar NLFiscaal
  • Literatuur
  • Recent

Samenvatting

Een kantoor van accountants en belastingadviseurs (X; nv; belanghebbende) heeft een cliënt geadviseerd en gefaciliteerd bij het opzetten van een truststructuur.

Bij de civiele kamer van Rechtbank Rotterdam (29 november 2017, C/10/503430 / HA ZA 16-555, ECLI:NL:RBROT:2017:9390) was in de kern in geschil de advisering door X over de truststructuur. Niet in geschil was dat die advisering plaatsvond op basis van een overeenkomst van opdracht. Ingevolge artikel 7:401 BW moet de opdrachtnemer bij zijn werkzaamheden de zorg van een goed opdrachtnemer in acht nemen. Van belastingadviseurs en accountants mag worden verwacht dat zij handelen zoals een redelijk bekwaam en redelijk handelend vakgenoot te werk zou zijn gegaan.

De Rechtbank heeft geoordeeld dat een redelijk bekwaam en redelijk handelend belastingadviseur zijn cliënten niet adviseert met betrekking tot het tot stand brengen van een structuur die neerkomt op belastingontduiking. Hij stelt zijn cliënten niet bloot aan een groot risico op toekomstige problemen met de Belastingdienst met voorzienbaar ingrijpende negatieve financiële consequenties en een reëel risico op strafrechtelijke vervolging. X heeft wel met betrekking tot het tot stand brengen van een dergelijke structuur geadviseerd. Haar medewerkers zijn bovendien actief betrokken geweest bij het implementeren en uitvoeren van die structuur en haar medewerkers zijn ook betrokken geweest bij het onjuist en onvolledig informeren van de Belastingdienst over die structuur en bij het weghouden van relevante informatie voor de Belastingdienst. Kortom, de belastingadviseurs en accountants van X hebben niet gehandeld zoals een redelijk bekwaam en redelijk handelend vakgenoot te werk zou zijn gegaan, oordeelt de Rechtbank.

De voor vergoeding in aanmerking komende schade van de cliënt wordt met 50% verminderd, omdat deze schade mede een gevolg is van aan de cliënt toe te rekenen omstandigheden.

Tegen dit oordeel hebben zowel X als de cliënt hoger beroep ingesteld, maar Hof Den Bosch bevestigt het oordeel van de Rechtbank.

Metadata

Rubriek(en)
Civiel recht
Belastingtijdvak
2006
Instantie
Hof Den Bosch
Datum instantie
25 januari 2022
Rolnummer
200.279.124/01
ECLI
ECLI:NL:GHSHE:2022:157
Auteur(s)
mr. dr. A.J. Tekstra
Blauw Tekstra Uding
NLF-nummer
NLF 2022/0365
Aflevering
17 februari 2022
Judoregnummer
JCDI:NFB4840

Naar de bovenkant van de pagina