Direct naar content gaan

Samenvatting

De Inspecteur is bij het opleggen van de aanslag IB/PVV 2018 van X (belanghebbende) afgeweken van de ingediende aangifte en heeft daarbij de specifieke zorgkosten niet in aftrek toegelaten.

X stelt bij Rechtbank Den Haag dat zij recht heeft op aftrek i.v.m. uitgaven wegens behandeling bij de spermabank van Medisch Centrum Kinderwens, aangezien zij – als alleenstaande – niet op andere wijze zwanger had kunnen worden.

De Rechtbank overweegt dat artikel 6.17, lid 1, Wet IB 2001 vereist dat de uitgaven zijn gedaan wegens ziekte of invaliditeit van de belastingplichtige. Daarvan is bij X geen sprake, aangezien de behandeling geen betrekking had op een medische aandoening (zoals onvruchtbaarheid), maar samenhing met de feitelijke (niet-medische) omstandigheid dat X geen partner had. Er is daarom geen sprake van kosten zoals bedoeld in artikel 6.17, lid 1, Wet IB 2001.

Het beroep op het gelijkheidsbeginsel slaagt niet. Ook is geen sprake van gewekt vertrouwen.

De Inspecteur heeft verder terecht de aftrek van specifieke zorgkosten wegens farmaceutische hulpmiddelen niet geaccepteerd, omdat niet is vast te stellen of X de betreffende middelen neemt in verband met ziekte of invaliditeit dan wel als voedingssupplement.

Het beroep is ongegrond.

Metadata

Rubriek(en)
Inkomstenbelasting
Belastingtijdvak
2018
Instantie
Rechtbank Den Haag
Datum instantie
7 november 2022
Rolnummer
22/97
ECLI
ECLI:NL:RBDHA:2022:12069
NLF-nummer
NLF 2022/2345
Aflevering
1 december 2022
bwbr0011353&artikel=6.17,bwbr0011353&artikel=6.17&lid=1,bwbr0011353&artikel=6.17

Naar de bovenkant van de pagina