Direct naar content gaan

Gerelateerde content

  • Wet en parlementaire geschiedenis
  • Internationale regelgeving
  • Lagere regelgeving
  • Besluiten
  • Jurisprudentie
  • Commentaar NLFiscaal
  • Literatuur
  • Recent

Samenvatting

In de loop van 1991 is X (belanghebbende) uit Nederland geëmigreerd naar België. Hij heeft in België twee vennootschappen opgericht (BVBA 1 en BVBA 2).

X heeft in 2007 percelen en een woning verkocht aan stichting 1. Deze zijn vervolgens voor dezelfde prijs doorverkocht aan stichting 2. BVBA 1 heeft de percelen en de woning begin 2008 gekocht van stichting 2 en in april zijn de percelen en de woning door BVBA 1 verkocht aan BVBA 2, waarbij een nabetalingsverplichting is overeengekomen. De percelen en de woning zijn bij notariële akte van 29 december 2009 rechtstreeks geleverd door stichting 2 aan BVBA 2. Op onder meer de percelen zijn woningbouwprojecten gerealiseerd.

De Inspecteur heeft nabetalingen die verband houden met de grondtransacties met navorderingsaanslagen tot het inkomen van X gerekend (jaren 2009-2016). De nabetalingen komen volgens de Inspecteur uiteindelijk volledig terecht bij X in privé.

Rechtbank Zeeland-West-Brabant oordeelt dat een vso aan navordering over 2009 in de weg staat.

Naar het oordeel van de Rechtbank zijn de nabetalingen opgekomen in het buitenland en beloopt de navorderingstermijn twaalf jaar na het tijdstip waarop de belastingschuld is ontstaan. De Inspecteur beschikt volgens de Rechtbank voorts over een nieuw feit. Ten tijde van het opleggen van de primitieve aanslagen wist de Inspecteur niet dat X te vereenzelvigen is met stichting 1 en stichting 2.

Uiteindelijk blijft alleen de navorderingsaanslag over 2012 in stand (belastbaar inkomen € 1.130.838). Ten aanzien van de jaren 2013 tot en met 2016 maakt de Inspecteur niet aannemelijk dat X in Nederland belastbaar inkomen uit werk en woning heeft genoten. Hij heeft onder meer onvoldoende aannemelijk gemaakt dat X in die jaren over het vermogen van de verschillende buitenlandse entiteiten kon beschikken als ware het zijn eigen vermogen.

Metadata

Rubriek(en)
Inkomstenbelasting
Formeel belastingrecht
Belastingtijdvak
2009-2016
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Datum instantie
19 december 2024
Rolnummer
21/4109; 21/5930; 21/5931; 21/5932; 21/5933; 21/5934
ECLI
ECLI:NL:RBZWB:2024:8872
NLF-nummer
NLF 2025/0046
Aflevering
7 januari 2025

Naar de bovenkant van de pagina