Direct naar content gaan

Gerelateerde content

Samenvatting

X (belanghebbende) heeft op 1 november 2022 om 8.14 uur zijn auto geparkeerd aan een straat waar betaald parkeren van toepassing is, zonder dat op dat tijdstip de verschuldigde parkeerbelasting was voldaan.

X stelt dat ten onrechte een naheffingsaanslag parkeerbelasting is opgelegd omdat sprake was van het in- of uitstappen van personen.

Rechtbank Midden-Nederland geeft X evenals in een procedure over een eerder opgelegde naheffingsaanslag geen gelijk.

Uit foto’s blijkt dat er geen sprake is geweest van een situatie van het onmiddellijk uitstappen van personen. Er zijn op de foto’s geen personen in de omgeving van het voertuig te zien. Er was daarom sprake van parkeren.

Hoe kort het stilzetten en het verlaten van de auto ook heeft geduurd, de Rechtbank is van oordeel dat het niet gezien kan worden als een activiteit die direct verband houdt met in- of uitstappen. Dit betekent niet dat van X kan worden verwacht dat hij zijn dochter onbegeleid de straat had laten oversteken (naar school), maar slechts dat hij onder dergelijke omstandigheden gehouden was om parkeerbelasting te betalen.

Metadata

Rubriek(en)
Lokale heffingen
Belastingtijdvak
2022
Instantie
Rechtbank Midden-Nederland
Datum instantie
7 mei 2024
Rolnummer
23/5009
ECLI
ECLI:NL:RBMNE:2024:4893
NLF-nummer
NLF 2024/2156
Aflevering
24 september 2024
bwbr0005416&artikel=225,bwbr0005416&artikel=225

Naar de bovenkant van de pagina