Direct naar content gaan

Samenvatting

In deze zaak (inzake aanslag IB/PVV 2018) zijn in hoger beroep bij Hof Den Haag alleen formele stellingen in geschil.

De Inspecteur heeft zich naar het oordeel van het Hof voldoende ingespannen om een hoorgesprek te laten plaatsvinden, en X (belanghebbende) heeft van de daartoe geboden gelegenheid klaarblijkelijk geen gebruik willen maken. Dat uiteindelijk geen hoorgesprek heeft plaatsgevonden, brengt derhalve niet mee dat X niet in de gelegenheid is gesteld om te worden gehoord. Het Hof ziet geen aanleiding de zaak terug te wijzen naar de Inspecteur.

Het Hof oordeelt verder dat het de Inspecteur vrijstaat gedurende de procedure andere standpunten dan wel nieuwe onderbouwingen in te brengen, teneinde zijn verweer te kunnen voeren en te kunnen onderbouwen. Gesteld noch gebleken is dat X hierdoor is benadeeld in haar (proces)belangen. Gelet hierop wordt de stelling dat de Inspecteur in strijd met de goede procesorde heeft gehandeld verworpen.

Het hoger beroep van X is ongegrond.

Metadata

Rubriek(en)
Formeel belastingrecht
Belastingtijdvak
2018
Instantie
Hof Den Haag
Datum instantie
4 juni 2024
Rolnummer
23/1077
ECLI
ECLI:NL:GHDHA:2024:1473
NLF-nummer
NLF 2024/2262
Aflevering
8 oktober 2024
bwbr0005537&artikel=7:2,bwbr0005537&artikel=7:2

Naar de bovenkant van de pagina