Direct naar content gaan

Gerelateerde content

Samenvatting

X (belanghebbende) is vanaf 24 november 2004 houder van een Volkswagen, type Golf. De datum eerste toelating van de auto is 5 februari 1990. Voor de auto is in het kentekenregister geen fijnstofuitstoot vastgelegd. In het kader van een APK-keuring is op 25 mei 2020 een roetwaardemeting uitgevoerd waaruit een roetwaarde van 1.7/m blijkt.

De Inspecteur heeft aan X rekeningen gestuurd voor het betalen van de fijnstoftoeslag MRB. Bij uitblijven van betaling heeft de Inspecteur naheffingsaanslagen fijnstoftoeslag MRB opgelegd.

Rechtbank Den Haag oordeelt dat de naheffingsaanslagen terecht zijn opgelegd. De auto heeft een datum eerste toelating van vóór 2009. Op grond van artikel 23, lid 5, Wet MRB wordt de auto geacht een fijnstofuitstoot te hebben die tot verschuldigdheid van fijnstoftoeslag leidt, tenzij X bewijs levert dat de auto minder vervuilend is dan de in voornoemd artikel gestelde norm van maximaal 5 milligram fijnstof per kilometer. De Inspecteur is niet gehouden zelf de door X verstrekte bewijsstukken te beoordelen. Hij kan uitgaan van de gegevens in het kentekenregister. X dient zich tot de RDW te wenden en daar te informeren naar de mogelijkheden om de lagere uitstoot te bewijzen.

Dat sprake is van strijd met het zorgvuldigheidsbeginsel, het gelijkheidsbeginsel, het verbod van willekeur, het verbod op détournement de pouvoir of een motiveringsgebrek is de Rechtbank niet gebleken.

Het beroep is ongegrond.

Metadata

Rubriek(en)
Autobelastingen
Belastingtijdvak
5 mei 2020 t/m 4 augustus 2020, 5 februari 2021 t/m 4 mei 2021 en 5 mei 2021 t/m 4 augustus 2021
Instantie
Rechtbank Den Haag
Datum instantie
27 mei 2022
Rolnummer
21/4442; 21/5048; 21/6289
ECLI
ECLI:NL:RBDHA:2022:5653
NLF-nummer
NLF 2022/1782
Aflevering
15 september 2022
bwbr0006324&artikel=23,bwbr0006324&artikel=23

Naar de bovenkant van de pagina