Direct naar content gaan

Gerelateerde content

  • Wet en parlementaire geschiedenis
  • Internationale regelgeving
  • Lagere regelgeving
  • Besluiten
  • Jurisprudentie
  • Commentaar NLFiscaal
  • Literatuur
  • Recent

Samenvatting

X (SA; belanghebbende), gevestigd te Spanje, heeft op 11 oktober 2016 alle aandelen in Limited verkregen. Ter zake van deze verkrijging heeft X € 794.096 overdrachtsbelasting op aangifte voldaan.

Limited houdt alle aandelen in A (bv), die op haar beurt alle aandelen in B (bv) houdt. B exploiteert zendmasten in Nederland, bestemd voor telecommunicatieapparatuur. Daarnaast exploiteert Limited (via Engelse entiteiten) zendmasten in het Verenigd Koninkrijk.

De Inspecteur stelt dat de aandelen in Limited fictieve onroerende zaken zijn als bedoeld in artikel 4, lid 1, aanhef en onderdeel a, Wet BRV (OZR). Hij heeft een naheffingsaanslag overdrachtsbelasting van € 18.954.288 aan X opgelegd.

Evenals in de nagenoeg gelijke zaak met nummers 22/5916, 23/656 (ECLI:NL:RBZWB:2025:67), laat Rechtbank Zeeland-West-Brabant de naheffingsaanslag in stand.

In ieder geval zijn de in Nederland gelegen zendmasten onroerende zaken en is aan de zogenoemde bezitseis voldaan. Het is in dit verband niet van belang om te duiden in hoeverre de bezittingen in het Verenigde Koninkrijk al dan niet onroerend zijn. De totale bezittingen van A en B bestaan namelijk grotendeels (meer dan 50%) uit onroerende zaken waarvan ten minste 30% in Nederland is gelegen.

Ook aan de doeleis is voldaan. Voorts heeft de Inspecteur de juiste heffingsmaatstaf gehanteerd en is de netwerkvrijstelling niet van toepassing.

Het beroep van X is ongegrond.

Metadata

Rubriek(en)
Belastingen van rechtsverkeer
Belastingtijdvak
2016
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Datum instantie
8 januari 2025
Rolnummer
22/5917; 23/657
ECLI
ECLI:NL:RBZWB:2025:66
NLF-nummer
NLF 2025/0113
Aflevering
14 januari 2025
bwbr0002740&artikel=4,bwbr0002740&artikel=4

Naar de bovenkant van de pagina