Direct naar content gaan

Gerelateerde content

  • Wet en parlementaire geschiedenis
  • Internationale regelgeving
  • Lagere regelgeving
  • Besluiten
  • Jurisprudentie
  • Commentaar NLFiscaal
  • Literatuur
  • Recent

Samenvatting

Hof Amsterdam oordeelt in deze procedure dat de Ontvanger geen dwangsom is verschuldigd wegens het niet tijdig nemen van een beslissing op een bezwaar tegen een dwangsombesluit. Het is niet mogelijk om binnen een lopende dwangsomprocedure een nieuwe dwangsomprocedure te starten en aldus dwangsommen te ‘stapelen’.

Het Hof volgt het oordeel van Rechtbank Noord-Holland dat X (belanghebbende) niet aannemelijk heeft gemaakt dat sprake is van beroepsmatig verleende rechtsbijstand door de gemachtigde. X heeft derhalve geen recht op vergoeding van kosten van door een derde beroepsmatig verleende rechtsbijstand. De Rechtbank heeft ook terecht geen reis- en verletkosten vergoed omdat geen verzoek om vergoeding daarvan is gedaan.

Aangezien de hoofdzaak betreffende aanmaningskosten eerder is beslecht, is de door X ondervonden spanning en frustratie ten einde gekomen na de uitspraak op bezwaar van 23 oktober 2019. Gelet hierop heeft X geen recht op een immateriële schadevergoeding. De beslissing van de Rechtbank om de Ontvanger te veroordelen tot vergoeding van immateriële schade (€ 571) wordt daarom vernietigd.

Metadata

Rubriek(en)
Formeel belastingrecht
Belastingtijdvak
2012
Instantie
Hof Amsterdam
Datum instantie
7 februari 2023
Rolnummer
22/00312
ECLI
ECLI:NL:GHAMS:2023:416
NLF-nummer
NLF 2023/0576
Aflevering
16 maart 2023

Naar de bovenkant van de pagina