Direct naar content gaan

Gerelateerde content

  • Wet en parlementaire geschiedenis
  • Internationale regelgeving
  • Lagere regelgeving
  • Besluiten
  • Jurisprudentie
  • Commentaar NLFiscaal
  • Literatuur
  • Recent

Samenvatting

In deze zaak zijn partijen in hoger beroep eensluidend van standpunt dat Rechtbank Noord-Holland de beroepen van X (belanghebbende) ten onrechte niet-ontvankelijk heeft verklaard en dat de uitspraak van de Rechtbank in ieder geval op dit punt dient te worden vernietigd.

Voor de jaren 2012 en 2013 heeft X beschikkingen met een bedrag aan te betalen belasting van nihil opgelegd gekregen wegens correcties van het belastbare inkomen uit werk en woning. Deze correcties hebben, aldus X, ertoe geleid dat hij twee bedragen aan ‘Tegemoetkoming specifieke zorgkosten’ (hierna: TSZ) moest terugbetalen, te weten € 319 voor 2012 en € 463 voor 2013. X beroept zich in dit verband op de begrenzingen in het correctiebeleid van de Belastingdienst.

Het correctiebeleid is echter naar zijn aard en doelstelling alleen van toepassing op correcties die leiden tot geringe bedragen aan te betalen belasting. De te betalen belasting is als zodanig de toetssteen en niet de TSZ. Deze beroepsgrond slaagt dan ook niet.

Hof Amsterdam wijst het verzoek om vergoeding van immateriële schade toe tot een bedrag van € 2.500 (5 × € 500). Het gelijk op dit punt is aan X. De uitspraak van de Rechtbank dient (onder meer) ook in zoverre te worden vernietigd.

Metadata

Rubriek(en)
Formeel belastingrecht
Inkomstenbelasting
Belastingtijdvak
2012-2014
Instantie
Hof Amsterdam
Datum instantie
12 oktober 2023
Rolnummer
22/00415; 22/00416; 22/00417
ECLI
ECLI:NL:GHAMS:2023:2703
NLF-nummer
NLF 2023/2656
Aflevering
23 november 2023

Naar de bovenkant van de pagina