Direct naar content gaan

Samenvatting

Bij een tweetal uitspraken op bezwaar heeft de Ontvanger in rekening gebrachte aanmaningskosten ad 6 euro en invorderingsrente ad 5 euro teruggebracht tot nihil. De gemachtigde heeft de belastingplichtige voor de behandeling van beide bezwaarschriften twee maal een nota van 322 euro doen toekomen.
De Ontvanger heeft het verzoek van de belastingplichtige om vergoeding van deze bezwaarkosten volgens het Hof terecht afgewezen. Het heeft daartoe onder meer geoordeeld dat het in de rede had gelegen dat de gemachtigde telefonisch contact had opgenomen met de Ontvanger om te informeren of hij zijn eerdere toezegging om de aanmaningskosten en de invorderingsrente buiten invordering te stellen, gestand zou doen. Nu de gemachtigde dit heeft nagelaten, is het inroepen van de rechtsbijstand in de bezwaarfase naar het oordeel van het Hof niet in redelijkheid geschied.
De Hoge Raad overweegt dat het maken van bezwaar op grond van artikel 6:4, eerste lid Awb slechts langs schriftelijke weg kan geschieden. Deze eis draagt ertoe bij bewijsrechtelijke discussies te vermijden. Indien een belastingplichtige die het niet eens is met een besluit daartegen schriftelijk opkomt, kan niet worden gezegd dat de keuze om de bezwaren in deze vorm mee te delen onredelijk is. Het Hof heeft het voorgaande miskend, aldus de Hoge Raad. Het cassatieberoep wordt gegrond verklaard en de zaak wordt verwezen.

Metadata

Rubriek(en)
Formeel belastingrecht
Belastingtijdvak
2003
Instantie
HR
Datum instantie
26 maart 2010
Rolnummer
09.01089
ECLI
ECLI:NL:HR:2010:BL8875
bwbr0005537&artikel=6:4

Naar de bovenkant van de pagina