Direct naar content gaan

Gerelateerde content

Samenvatting

Rechtbank Amsterdam heeft het beroep van X (belanghebbende) gegrond verklaard voor zover het betreft de aanslagen rioolheffing die zijn opgelegd voor twee onroerende zaken, omdat de Heffingsambtenaar ten onrechte niet heeft beslist op het daartegen gemaakte bezwaar. De Rechtbank heeft aan X geen proceskostenvergoeding toegekend.

Hof Amsterdam heeft de uitspraak van de Rechtbank vernietigd en geoordeeld dat X recht heeft op een vergoeding van proceskosten voor het beroep bij de Rechtbank. Het Hof heeft de Heffingsambtenaar gelast het door X in hoger beroep betaalde griffierecht van € 123 te vergoeden.

Tegen dit oordeel heeft X cassatieberoep ingesteld en de Hoge Raad verklaart dit gegrond.

Voor de hoger beroepen betreffende twee van de drie onroerende zaken is tweemaal € 123 griffierecht geheven zodat het Hof de Heffingsambtenaar had moeten veroordelen tot vergoeding aan X van € 246. De Hoge Raad doet het cassatieberoep verder af met toepassing van artikel 81 Wet RO.

Metadata

Rubriek(en)
Formeel belastingrecht
Belastingtijdvak
2012
Instantie
HR
Datum instantie
13 september 2018
Rolnummer
18/00486
ECLI
ECLI:NL:HR:2018:1618
NLF-nummer
NLF 2018/2009
Aflevering
20 september 2018
bwbr0005537&artikel=8:74,bwbr0005537&artikel=8:74

Naar de bovenkant van de pagina