Direct naar content gaan

Samenvatting

X (belanghebbende) hield zich bezig met de verkoop van planten en bestratingsmateriaal en het leggen van bestratingsmateriaal voor (voornamelijk) particulieren. Tot 18 mei 2009 waren elf werknemers in dienst bij X. Met ingang van die datum zijn de personeelsleden overgegaan naar haar zustervennootschap, C (bv).

Op 26 maart 2010 zijn de aandelen in C verkocht aan de bedrijfsleider. C is op 31 augustus 2010 failliet verklaard. De bedrijfsleider heeft uit wrok een klikordner aan de Inspecteur gestuurd om hem te informeren over het door X buiten de loonadministratie houden van loon dat zou zijn uitbetaald aan diverse werknemers. De Inspecteur heeft daarop een onderzoek ingesteld. Aan X zijn, wegens het hebben uitbetaald van ‘zwart loon’, naheffingsaanslagen loonheffingen en een vergrijpboete van 50% opgelegd. Na bezwaar zijn de naheffingsaanslagen verminderd.

Rechtbank Gelderland heeft de aanslagen vernietigd omdat de Inspecteur de gestelde looncorrecties onvoldoende heeft onderbouwd. In hoger beroep heeft Hof Arnhem-Leeuwarden de Inspecteur in belangrijke mate, maar niet in elk opzicht, in het gelijk gesteld. De naheffingsaanslagen zijn, als na bezwaar verminderd, gehandhaafd.

X heeft met vijf middelen cassatieberoep ingesteld. De middelen hebben onder meer betrekking op de inbreng van de klikordner, de afwijzing van het verzoek om getuigen op te roepen en een zonder cautie afgelegde verklaring.

De Hoge Raad oordeelt echter dat alle middelen falen. Het cassatieberoep wordt ongegrond verklaard.

Conform Conclusie A-G IJzerman (NLF 2019/1742, met noot van Bozia).

Zowel in materieel als in formeelrechtelijk opzicht is dit een zaak die tot de verbeelding spreekt. Het begon met een rancuneuze bedrijfsleider die een ‘klikordner’ met belastende informatie naar de Inspecteur stuurde. Naar aanleiding hiervan is een boekenonderzoek ingesteld. Ook heeft de Inspecteur bewijsmateriaal verkregen via de curator van de failliete voormalige zustervennootschap C bv. Uiteindelijk heeft een en ander geresulteerd in een naheffingsaanslag loonheffing over de periode 2007-2009 en een vergrijpboete van 50%.

Klikordner

Metadata

Rubriek(en)
Formeel belastingrecht
Loonbelasting
Belastingtijdvak
2007-2009
Instantie
HR
Datum instantie
14 november 2019
Rolnummer
18/04315
ECLI
ECLI:NL:HR:2019:1786
Auteur(s)
E.P. Hageman LLM
Deloitte
NLF-nummer
NLF 2019/2640
Aflevering
5 december 2019
Judoreg
NFB2899
bwbr0002320&artikel=20&lid=1,bwbr0002320&artikel=20&lid=1,bwbr0002320&artikel=47,bwbr0002320&artikel=47,bwbr0002320&artikel=53,bwbr0002320&artikel=53,bwbr0005537&artikel=8:28a&lid=2,bwbr0005537&artikel=8:33&lid=1,bwbr0005537&artikel=8:60&lid=1,bwbr0005537&artikel=8:63&lid=2,bwbr0005537&artikel=8:63&lid=3

Naar de bovenkant van de pagina