Direct naar content gaan

Gerelateerde content

  • Wet en parlementaire geschiedenis
  • Internationale regelgeving
  • Lagere regelgeving
  • Besluiten(1)
  • Jurisprudentie(79)
  • Commentaar NLFiscaal
  • Literatuur
  • Recent

Samenvatting

X BV is enig aandeelhouder van Vastgoed BV. Beide vennootschappen vormen een fiscale eenheid. Door B BV is in april 2008 een bod uitgebracht ter verwerving van twee kantoorpanden van Vastgoed BV. De beoogde transactie zou - mogelijk - plaatsvinden door middel van een aandelentransactie. Het bod is in april 2008 aanvaard maar de transactie is niet doorgegaan. X BV heeft hiervoor van B BV eind 2008 een schadeloosstelling ontvangen van 680.000 euro.
In geschil is of de schadeloosstelling onder de deelnemingsvrijstelling valt. Volgens de inspecteur en Rechtbank Arnhem is dat niet het geval.
Hof Arnhem-Leeuwarden oordeelt in hoger beroep dat in april 2008 geen koopovereenkomst tot stand is gekomen. Reden hiervoor is dat zowel het onderwerp van de overeenkomst (levering van kantoorpanden of van de aandelen), als de koopsom, op dat moment onvoldoende bepaalbaar is. Aangezien geen belang is overgegaan, dient het ontvangen bedrag te worden aangemerkt als een schadevergoeding wegens het niet doorgaan van een verkoop, dan wel wegens het niet doorgaan van verdere onderhandelingen om alsnog tot een overeenkomst te geraken. Een dergelijke vergoeding behoort tot de belastbare winst. De deelnemingsvrijstelling is niet van toepassing.

Metadata

Rubriek(en)
Vennootschapsbelasting
Belastingtijdvak
2008
Instantie
Hof Arnhem-Leeuwarden
Datum instantie
2 mei 2013
Rolnummer
12/00621
ECLI
ECLI:NL:GHARL:2013:CA0375
bwbid=bwbr0&artikel=13

Naar de bovenkant van de pagina