Direct naar content gaan

Gerelateerde content

  • Wet en parlementaire geschiedenis
  • Internationale regelgeving
  • Lagere regelgeving
  • Besluiten
  • Jurisprudentie
  • Commentaar NLFiscaal
  • Literatuur
  • Recent

Samenvatting

Een holding voert de directie over een dochtermaatschappij die een advocatenkantoor exploiteert. De enige werknemer van de holding verricht voor haar en voor de dochter directeurswerkzaamheden en advocatenwerkzaamheden voor de dochter. De holding vergoedt van deze persoon onkosten op basis van declaraties terwijl tevens per maand een bedrag van fl. 1.525 wordt vergoed voor algemene kosten die niet onder de afzonderlijk te declareren kosten zijn begrepen. De inspecteur heeft die algemene onkostenvergoedingen als bovenmatig aangemerkt en bij naheffing met 50% boete belast. In een verwijzingsprocedure overweegt het Hof dat de kostenposten waarop deze vergoedingen betrekking hebben nagenoeg geheel betrekking hebben op werkzaamheden van de werknemer als advocaat voor de dochtervennootschap. Het betreft kosten van representatie, maaltijden, lunches, vergoeding voor de huurwaarde en energiekosten van de werkruimte thuis, vergoeding voor het stallen van de ter beschikking gestelde auto's in de garage van de werknemer thuis, parkeerkosten en vakliteratuur. Het Hof komt tot het oordeel dat de inspecteur terecht heeft geconcludeerd dat de door de werknemer gemaakte onder de algemene onkostenvergoeding vallende kosten ruim achterblijven bij het bedrag van de kostenvergoeding. Met uitzondering van het gedeelte dat ziet op de vergoeding voor het stallen van de ter beschikking gestelde auto in de garage thuis behoren de verstrekte onkostenvergoedingen tot het loon over de jaren 1997 tot en met 2001. Het Hof acht aannemelijk dat het aan opzet van de holding te wijten is dat te weinig loonbelasting is afgedragen. De opgelegde boete is dan ook passend en geboden. De terugbetaling van de onkostenvergoedingen door de werknemer in 2002 doet hier niet aan af.

Metadata

Rubriek(en)
Loonbelasting
Belastingtijdvak
1997-2001
Instantie
Hof Den Haag
Datum instantie
30 oktober 2007
Rolnummer
06/00225
ECLI
ECLI:NL:GHSGR:2007:BC0451

Naar de bovenkant van de pagina