Direct naar content gaan

Gerelateerde content

  • Wet en parlementaire geschiedenis
  • Internationale regelgeving
  • Lagere regelgeving
  • Besluiten
  • Jurisprudentie
  • Commentaar NLFiscaal
  • Literatuur
  • Recent

Samenvatting

Ondernemers kunnen de in rekening gebrachte voorbelasting aftrekken. Als de factuur echter niet wordt betaald, of als het al betaalde bedrag terug wordt ontvangen, dan moet de afgetrokken voorbelasting aan de Belastingdienst worden terug betaald.
De afgetrokken vorbelasting wordt verschuldigd op het tijdstip dat redelijkerwijs moet worden aangenomen dat de factuur niet zal worden betaald, of op het tijdstip waarop het al betaalde bedrag wordt terug ontvangen, dan wel als na het opeisbaar worden van het factuurbedrag twee jaar zijn verstreken en dit bedrag nog niet (geheel) is betaald (artikel 29, lid 2 Wet OB).
Deze situatie deed zich voor bij een ondernemer die tot 1 november 1997 een slecht lopende detailhandel in fournituren en dameskleding dreef. Met enkele schuldeisers werd een regeling getroffen waarbij de schulden gedeeltelijk werden kwijtgescholden. Dat leidt ertoe dat de inspecteur terecht de afgetrokken belasting evenredig heeft nageheven, aldus het Hof.

Metadata

Rubriek(en)
Omzetbelasting
Belastingtijdvak
1997
Instantie
Hof Den Bosch
Datum instantie
14 mei 2004
Rolnummer
02.00940
ECLI
ECLI:NL:GHSHE:2004:AQ1738

Naar de bovenkant van de pagina