Direct naar content gaan

Gerelateerde content

  • Wet en parlementaire geschiedenis
  • Internationale regelgeving
  • Lagere regelgeving
  • Besluiten
  • Jurisprudentie(11)
  • Commentaar NLFiscaal
  • Literatuur
  • Recent

Samenvatting

Een man is sinds 31 oktober 2005 door zijn werkgever vrijgesteld van het verrichten van arbeid. Per 1 december 2005 is hij aangewezen als boventallig. Hij is als boventallige medewerker vrijgesteld van werkzaamheden om op zoek te gaan naar ander werk binnen of buiten de organisatie. De dienstbetrekking is op 1 november 2008 beeïndigd. De man houdt gedurende de zoektermijn recht op loonbetaling.
In deze procedure is in geschil of de man in 2006 in aanmerking komt voor de arbeidskorting en of de leer van de interne compensatie juist is toegepast.
Hof Leeuwarden heeft geoordeeld dat de man geen recht heeft op de arbeidskorting. Het vervullen van re-intergratieverplichtingen kan niet worden aangemerkt als tegenwoordige arbeid. De man heeft volgens het Hof ten onrechte de arbeidskorting in 2006 toegepast gekregen. Het acht interne compensatie mogelijk.
Volgens Advocaat Generaal Niessen heeft het Hof kennelijk en niet onbegrijpelijk geoordeeld dat de doorbetaling van het loon niet een tegenprestatie is voor de verplichte re-integratiewerkzaamheden. Het vereiste nauwe verband tussen de verrichte arbeid en het loon is niet aanwezig. De loondoorbetaling vindt klaarblijkelijk haar oorzaak in de omstandigheid dat voorheen waardevolle arbeid is verricht voor de werkgever, aldus de A-G.
De omstandigheid dat de arbeidskorting in dit geval ten onrechte in de loonbelasting is toegekend, leidt er volgens de A-G niet toe dat een correctie van de arbeidskorting in de inkomstenbelasting achterwege blijft.
Tenslotte merkt de A-G op dat interne compensatie niet is toegestaan tussen een belasting- en premiecomponent. De arbeidskorting bestaat uit een belasting- en een premiedeel. Interne compensatie is alleen mogelijk voor het belastingdeel ad € 97 van de arbeidskorting.
De conclusie strekt ertoe dat het cassatieberoep van de man gegrond dient te worden verklaard.

Metadata

Rubriek(en)
Inkomstenbelasting
Belastingtijdvak
2005-2006
Instantie
A-G
Datum instantie
14 augustus 2013
Rolnummer
12/05642
ECLI
ECLI:NL:PHR:2013:789
bwbid=bwbr0&artikel=22a,bwbid=bwbr0&artikel=8.11

Naar de bovenkant van de pagina