Direct naar content gaan

Gerelateerde content

  • Wet en parlementaire geschiedenis
  • Internationale regelgeving
  • Lagere regelgeving
  • Besluiten
  • Jurisprudentie
  • Commentaar NLFiscaal
  • Literatuur
  • Recent

Samenvatting

In deze procedure wil een BV die een vastgoedmaatschappij exploiteert erkent zien dat zij met haar dochter een fiscale eenheid vormt. Aangezien die dochter niet meer dan één kantoorpand bezit en verhuurt, geen personeel in dienst heeft en slechts onderhoudskosten aan dat pand heeft erkent het Hof haar niet als een ondernemer en wijst het de fiscale eenheid voorafgaand aan 1989 af. Later was een beschikking nodig. Aangezien de BV haar vastgoed deels met OB en deels vrijgesteld van OB verhuurt kan zij slechts een deel van de voordruk aftrekken. Voor één van de panden die van OB vrijgesteld was verhuurd had de BV bepaalde werkzaamheden ten behoeve van de huurder laten verzorgen. Daarvoor had zij de huurder een factuur met fl. 1.975 OB uitgereikt. Die OB had zij niet afgedragen maar de haar in rekening gebrachte OB had zij ook niet afgetrokken. Het Hof oordeelt dat de BV in dit geval aan de huurder OB in rekening moet brengen en de voordruk kan aftrekken. De boete vermindert het Hof wegens overschrijding van de redelijke termijn enigszins

Metadata

Rubriek(en)
Omzetbelasting
Belastingtijdvak
1994
Instantie
Hof Den Bosch
Datum instantie
17 juni 2004
Rolnummer
00.00718
ECLI
ECLI:NL:GHSHE:2004:AQ9819

Naar de bovenkant van de pagina