Direct naar content gaan

Gerelateerde content

  • Wet en parlementaire geschiedenis
  • Internationale regelgeving
  • Lagere regelgeving
  • Besluiten
  • Jurisprudentie(2)
  • Commentaar NLFiscaal
  • Literatuur
  • Recent

Samenvatting

De inspecteur heeft op 22 augustus 2009 een aan een BV opgelegde voorlopige aanslag over 2007 ambtshalve verminderd.
Hierbij is na bezwaar € 32.534 heffingsrente vergoed bij beschikking van 20 december 2011. Het bedrag aan heffingsrente is feitelijk uitbetaald op 21 december 2011.
Rechtbank Gelderland heeft beslist dat de inspecteur terecht op grond van het arrest van de Hoge Raad van 30 september 2011 (nr. 10/02171, ECLI:NL:HR:2011:BP3080) heffingsrente heeft vergoed over de periode 1 juli tot en met 31 december 2007.
Dit is ook niet in geschil.
Volgens de Rechtbank ontstond voor de inspecteur echter op het moment van de vermindering van de voorlopige aanslag, derhalve op 22 augustus 2009, een verplichting tot vergoeding van heffingsrente.
Nu de inspecteur pas op 21 december 2011 aan deze verplichting heeft voldaan, is hij in de tussenliggende periode in verzuim als bedoeld in artikel 4.97 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb).
Dit heeft tot gevolg dat hij wettelijke rente is verschuldigd vanaf 6 weken na 22 augustus 2009 (derhalve 4 oktober 2009) tot het moment van feitelijke betaling.
In dit geval vormt de heffingsrente de grondslag voor de rentevergoeding, aldus de Rechtbank.
A-G Wattel is het met dit oordeel eens.
Nu de inspecteur sinds 4 oktober 2009 in verzuim was om heffingsrente te betalen, heeft de BV recht op wettelijke rente.

Metadata

Rubriek(en)
Overig
Belastingtijdvak
2007
Instantie
A-G
Datum instantie
20 maart 2014
Rolnummer
13/03828
ECLI
ECLI:NL:PHR:2014:228
bwbid=bwbr0&artikel=4:97

Naar de bovenkant van de pagina