Direct naar content gaan

Gerelateerde content

  • Wet en parlementaire geschiedenis
  • Internationale regelgeving
  • Lagere regelgeving
  • Besluiten
  • Jurisprudentie
  • Commentaar NLFiscaal
  • Literatuur
  • Recent

Samenvatting

Belanghebbende heeft procuratie bij een vennootschap en gezamenlijke tekeningsbevoegdheid op de bankrekeningen. Het is gebruik geworden dat hij alleen de overschrijvingen tekent. Belanghebbende onttrekt grote bedragen aan de vennootschap en in geschil is of deze bedragen tot zijn arbeidsinkomen behoren. Het hof legt de bewijslast bij belanghebbende die zijn stelling dat hij de bedragen heeft geleend niet kan staven met bewijzen. Het hof oordeelt dat de bedragen tot het inkomen behoren. De strafkamer van het hof heeft belanghebbende vrijgesproken van verduistering.
Het hof heeft geoordeeld dat art 29 AWR van toepassing is. Belanghebbende heeft niet aannemelijk kunnen maken dat de bedragen niet door hem zijn genoten.
De stelling dat de bedragen behoren aan anderen faalt, omdat belanghebbende de bedragen wel heeft genoten toen hij deze tot zich nam.

Metadata

Rubriek(en)
Overig
Instantie
HR
Datum instantie
10 maart 1999
Rolnummer
33.840

Naar de bovenkant van de pagina