Direct naar content gaan

Gerelateerde content

  • Wet en parlementaire geschiedenis
  • Internationale regelgeving
  • Lagere regelgeving
  • Besluiten
  • Jurisprudentie
  • Commentaar NLFiscaal
  • Literatuur
  • Recent

Samenvatting

Een dga had met een aantal familieleden aan een stichting die uitkeringen verstrekt aan oud werknemers van het familieconcern voor 30 jaar het vruchtgebruik afgestaan van vastgoed dat zij in eigendom bezitten. Tot 1 januari 1996 genereerde dat vastgoed geen belaste inkomsten (en ook geen belast vermogen) maar door de invoering van artikel 25b Wet op de inkomstenbelasting (Wet IB) werd de jaarlijkse aangroei van de waarde van het vastgoed forfaitair voor de IB belastbaar. De inkomens 1998 en 1999 van de dga werden in verband daarmee bij navordering respectievelijk verhoogd met fl. 512.232 en fl. 185.787. De dga bestrijdt die aanslagen omdat blijkens het Verdrag met België als inkomsten uit Nederlands vastgoed van inwoners van België door Nederland slechts belast mogen worden opbrengsten uit rechtstreekse exploitatie en vervreemdingsvoordelen. De Rechtbank vindt echter dat ook fictieve vervreemdingsvoordelen daaronder vallen.

Metadata

Rubriek(en)
Inkomstenbelasting
Belastingtijdvak
1998-1999
Instantie
Rechtbank Arnhem
Datum instantie
22 februari 2007
Rolnummer
06/3401
ECLI
ECLI:NL:RBARN:2007:BA0972

Naar de bovenkant van de pagina