Direct naar content gaan

Gerelateerde content

  • Wet en parlementaire geschiedenis
  • Internationale regelgeving
  • Lagere regelgeving
  • Besluiten
  • Jurisprudentie(181)
  • Commentaar NLFiscaal
  • Literatuur
  • Recent

Samenvatting

Een man heeft begin jaren negentig wetenschappelijk onderzoek verricht aan het X in het Verenigd Koninkrijk. Hij deed dit om nieuwe onderzoeksmethodes aan te leren en te publiceren in internationale tijdschriften. Hij woonde toen niet in Nederland. Onderzoek waarbij hij betrokken was heeft geleid tot het vestigen van patenten door het X. Door commercialisering van deze patenten zijn op onregelmatige basis royalty’s aan de man betaald in de jaren 2000 en volgende. In 2005 ontving hij een bedrag aan royalty’s van 134.299 euro. De inspecteur heeft dit bedrag bij het inkomen uit werk en woning geteld. Volgens de man is primair geen sprake van een bron van inkomen. Subsidiair stelt hij dat sprake is van een vermogensrecht dat in box 3 in aanmerking dient te worden genomen.
De Rechtbank oordeelt dat de man heeft deelgenomen aan het economisch verkeer. Gelet hierop is sprake van een bron van inkomen en heeft de man in de jaren 1990 tot en met 1992 werkzaamheden en diensten verricht als bedoeld in artikel 22, eerste lid, onderdeel b, van de Wet IB 1964. Dat de man de patenten niet zelf exploiteerde, brengt volgens de Rechtbank niet met zich mee dat zijn aandeel in de inkomsten uit die exploitatie niet bij hem belastbaar zouden zijn. Toepassing van het bepaalde in artikel 1, onderdeel Ma van de Invoeringswet Wet IB 2001 leidt ertoe dat de betreffende inkomsten in het onderhavige jaar belast zijn als inkomsten uit werk en woning.

Metadata

Rubriek(en)
Inkomstenbelasting
Belastingtijdvak
2005
Instantie
Rechtbank Breda
Datum instantie
8 maart 2010
Rolnummer
08/3271
ECLI
ECLI:NL:RBBRE:2010:BL8605
bwbid=bwbr0&artikel=1

Naar de bovenkant van de pagina