Direct naar content gaan

Samenvatting

Jacob en Lennertz zijn inwoners van België en genieten zowel een Belgisch pensioen alsmede een Luxemburgs pensioen. Het Luxemburgse pensioen is op grond van artikel 18 van het belastingverdrag tussen België en Luxemburg geheel vrijgesteld van belasting.

Op grond van de Belgische wet op de inkomstenbelasting telt het Luxemburgse pensioen wel mee als inkomen voor de toekenning van bepaalde belastingvoordelen, zoals de belastingvrije som en de belastingverminderingen voor langetermijnsparen en de giftenaftrek. Een en ander heeft tot gevolg dat deze belastingvoordelen lager worden of zelfs geheel kunnen komen te vervallen. Het Tribunal de première instance de Liège (Rechtbank van eerste aanleg Luik, België) heeft aan het Hof van Justitie (HvJ) de prejudiciële vraag voorgelegd of de Belgische wet op de inkomstenbelasting op dit punt strijdig is met artikel 45 VWEU (vrij verkeer van werknemers).

Het HvJ verklaart voor recht dat dit artikel aldus moet worden uitgelegd dat het in de weg staat aan de toepassing van een belastingregeling van een lidstaat zoals aan de orde in het hoofdgeding, die ertoe leidt dat een echtpaar dat in die staat woont, waarvan één van de partners in een andere lidstaat een pensioen ontvangt dat in de eerste lidstaat van belasting is vrijgesteld krachtens een bilaterale overeenkomst ter voorkoming van dubbele belasting, een deel van de door deze staat toegekende belastingvoordelen wordt ontzegd.

Vrij verkeer van werknemers

Het HvJ worstelt enigszins met de vraag of Jacob onder het vrije verkeer van werknemers (artikel 45 VWEU) of de vrijheid van vestiging (artikel 49 VWEU) ressorteert. Dat moet de verwijzende rechter nader uitzoeken, maar het blijkt eigenlijk al uit de toewijzingsbepaling die op het uit Luxemburg afkomstige pensioen van toepassing is: dat wil zeggen artikel 18 van het belastingverdrag tussen Luxemburg en België dat ziet op pensioenuitkeringen die in dienstbetrekking zijn opgebouwd. In het arrest Wielockx had het HvJ al enige moeite met de juiste reikwijdte van artikel 18 (voormalig) Verdrag Nederland-België (1970). In het arrest Wielockx werd de toenmalige fiscale oudedagsreserve (die uiteraard op ondernemers ziet en niet op werknemers) door het HvJ geschaard onder de betreffende toewijzingsbepaling voor zijn conclusie dat Nederland zich niet op de coherentie van zijn belastingstelsel kon beroepen ter rechtvaardiging van de discriminatie van de vrijheid van vestiging (artikel 49 VWEU), omdat het het heffingsrecht over pensioenen onder het verdrag had afgestaan aan de woonstaat (België).

Belemmering

Metadata

Rubriek(en)
Europees belastingrecht
Pensioen
Belastingtijdvak
2013
Instantie
HvJ
Datum instantie
13 maart 2019
Rolnummer
C-174/18
ECLI
ECLI:EU:C:2019:205
Auteur(s)
Frank Pötgens
De Brauw Blackstone Westbroek/Vrije Universiteit
NLF-nummer
NLF 2019/0795
Aflevering
4 april 2019
Judoreg
NFB2396
bwbv0001506&artikel=45,bwbv0001506&artikel=49

Naar de bovenkant van de pagina