Direct naar content gaan

Gerelateerde content

Samenvatting

Op 7 februari 2011 is aan een man een naheffingsaanslag parkeerbelasting opgelegd tot een bedrag van € 54,30 (inclusief kosten). De man heeft in april 2011 bezwaar gemaakt tegen de naheffingsaanslag. Na afwijzing van het bezwaar is de man in beroep gegaan bij Rechtbank Amsterdam.
De Rechtbank verklaart alle door de man ingebrachte stellingen ongegrond. De naheffingsaanslag is terecht opgelegd.
De Rechtbank stelt voorts vast dat zij de redelijke termijn voor een zaak als deze heeft overschreden. Zij ziet echter onvoldoende grond voor het toekennen van een schadevergoeding omdat het slechts gaat om een dermate gering bedrag (€ 54,30) dat de geconstateerde overschrijding van de redelijke termijn voldoende is gecompenseerd met de ter zitting uitgesproken excuses en de vaststelling door de rechter dat inbreuk is gemaakt op de rechtszekerheid als algemeen aanvaard rechtsbeginsel dat ertoe noopt dat belastinggeschillen binnen een redelijke termijn worden beslecht.

Metadata

Lokale heffingen
Belastingtijdvak
2011
Instantie
Rechtbank Amsterdam
Datum instantie
2 januari 2014
Rolnummer
11/3120
ECLI
ECLI:NL:RBNHO:2014:47
bwbr0005416&artikel=234

Naar de bovenkant van de pagina