Samenvatting
Het gebruik van data in het werk van de Belastingdienst, zeker bij innovatieve toepassingen (als AI en blockchain), komt met vraagstukken, onder andere op het terrein van privacy en andere grondrechten. Door de (potentiële) inzet van innovatieve technologieën kan het datagebruik toenemen. Het is daarom van belang een stevige structuur voor data-ethiek te hebben. De Belastingdienst besteedt hier al op verschillende manieren aandacht aan, zoals door impactassessments op het gebied van algoritmes en selectieprocessen, door passend databeheer en de oprichting van een bestuurlijke structuur. Doel van deze studie is inzicht te krijgen in de manier waarop de Belastingdienst data-ethiek in de organisatie belegd heeft, hoe dat in de praktijk uitpakt en wat daaraan nog te verbeteren is met het oog op de toekomst.
De Belastingdienst geeft in een managementreactie op deze studie aan de inzichten uit het onderzoek te betrekken bij de verdere verankering van ethiek in de (generieke) kaders voor datamanagement (als een van de aspecten naast bijvoorbeeld privacy en veiligheid). Aan de aanbeveling om te werken aan meer ruimte voor reflectie bij data-ethische vraagstukken, wordt invulling gegeven door gebruik te maken van bestaand instrumentarium, zoals de Casusdialoog of het Moreel beraad. Voor een bredere reflectie op deze complexe casuïstiek wordt advies gevraagd aan de Adviescommissie Analytics Financiën. Tot slot zal het ministerie van Financiën ook binnen het CIO-stelsel aandacht besteden aan data-ethiek.