Direct naar content gaan

Samenvatting

X (belanghebbende) heeft gedurende het jaar 2017 inkomsten genoten van drie uitgevers. Deze inkomsten hadden betrekking op de bezorging van dag- en weekbladen. Op deze inkomsten zijn geen loonheffingen en premies ingehouden.

Bij Rechtbank Zeeland-West-Brabant is in geschil of de inkomsten uit bezorgdiensten door de Inspecteur terecht als row zijn aangemerkt. Tevens is de hoogte van deze inkomsten in geschil, alsmede de verschuldigdheid van premies Zvw.

X heeft gesteld dat voldaan is aan alle voorwaarden voor een arbeidsovereenkomst. Nu de Inspecteur dit gemotiveerd heeft betwist, is het aan X om feiten en omstandigheden aannemelijk te maken waaruit de conclusie moet worden getrokken dat sprake is van een arbeidsovereenkomst.

Naar het oordeel van de Rechtbank heeft X niet aannemelijk gemaakt dat sprake is van een gezagsverhouding nu zij geen feiten en omstandigheden heeft aangedragen waaruit een gezagsverhouding kan worden afgeleid. Aangezien niet aan alle voorwaarden wordt voldaan zijn de bezorginkomsten geen loon uit dienstbetrekking. De Inspecteur heeft de inkomsten dan ook terecht als row aangemerkt. Voorts oordeelt de Rechtbank dat de Inspecteur het belastbaar inkomen en de bijdrage Zvw juist heeft vastgesteld.

Metadata

Rubriek(en)
Inkomstenbelasting
Belastingtijdvak
2017
Instantie
Rechtbank Zeeland-West-Brabant
Datum instantie
8 juni 2022
Rolnummer
20/10052; 20/10053
ECLI
ECLI:NL:RBZWB:2022:3180
NLF-nummer
NLF 2022/1255
Aflevering
30 juni 2022
bwbr0011353&artikel=3.90,bwbr0011353&artikel=3.90

Naar de bovenkant van de pagina