Direct naar content gaan

Samenvatting

X (bv, belanghebbende) hield zich tot in de jaren zeventig bezig met de fabricage en de verkoop van drukinkt.
De in Engeland gevestigde A (PLC) hield en houdt zich bezig met de produktie en de verkoop van inktsoorten en andere produkten.
In 1971 werd A houdster van alle aandelen in B. In 1973 verwierf A 75% van de aandelen in X, alsmede een optie op de resterende 25%.
In 1977 werd de optie uitgeoefend. Vervolgens heeft X haar bedrijfsactiviteiten, met uitzondering van haar bedrijfspand met inventaris, overgedragen aan B. Het bedrijfspand met inventaris ging zij voor ƒ 125.000 per jaar verhuren aan B.
Op 24 december 1982 droeg A de aandelen in B aan X over voor een koopprijs van ƒ 4.200.000. X voldeed de koopprijs uit een door A verstrekte lening à 10%. Met ingang van 1 januari 1983 vormen X en B een fiscale eenheid voor de vennootschapsbelasting.
De Inspecteur heeft bij uitspraak, als bedoeld in art. 32, lid 1, AWR besloten voor de heffing van vennootschapsbelasting 1983 van X geen rekening te houden met de lening.
Hof Leeuwarden heeft de uitspraak van de Inspecteur bevestigd.
Tegen dit oordeel heeft X cassatieberoep ingesteld en de Hoge Raad verklaart dit gegrond.
Indien een hier te lande gevestigde vennootschap (in casu X) een schuld aangaat tegenover een niet hier te lande gevestigde vennootschap (in casu A) en ter zake van de rente voor deze schuld van laatstbedoelde vennootschap in het land van haar vestiging belasting naar de winst of het inkomen wordt geheven, die naar hier te lande geldende maatstaven als redelijk is aan te merken, kan - daargelaten of in zodanig geval kan worden aangenomen dat verijdeling van de heffing van vennootschapsbelasting de doorslaggevende beweegreden vormde voor het aanvaarden van de rentelast - reeds op die grond niet worden gezegd dat is voldaan aan de voor de toepassing van artikel 31 AWR te stellen eis dat de uit de verschuldigdheid van de rente voortvloeiende vermindering van de winst van eerstgenoemede vennootschap in strijd is met doel en strekking van de Wet VpB 1969.

Metadata

Rubriek(en)
Vennootschapsbelasting
Formeel belastingrecht
Belastingtijdvak
1983
Instantie
Hoge Raad
Datum instantie
19 september 1995
Rolnummer
29737
ECLI
ECLI:NL:HR:1995:AA1682
bwbr0002320&artikel=31,bwbr0002672&artikel=15,bwbr0002672&artikel=10a&lid=3

Naar de bovenkant van de pagina