Direct naar content gaan

Samenvatting

Aan X (belanghebbende) is een naheffingsaanslag MRB opgelegd van € 6.958, alsmede bij beschikking een boete van € 5.278. De Inspecteur heeft bij uitspraken op bezwaar de naheffingsaanslag gehandhaafd en de boete verminderd tot € 527. Rechtbank Gelderland heeft het beroep van X ongegrond verklaard. X heeft hoger beroep ingesteld.

X heeft aangevoerd dat de auto hem niet, althans niet gedurende de gehele periode van naheffing, ter beschikking heeft gestaan.

Bij brief van 10 februari 2022 heeft X het hoger beroep ingetrokken omdat de Ontvanger aan X, als gedupeerde door problemen met de kinderopvangtoeslag, kwijtschelding heeft verleend van de naheffingsaanslag en de boete. X heeft tegelijk met die intrekking Hof Arnhem-Leeuwarden verzocht de Inspecteur te veroordelen in de proceskosten.

Het Hof oordeelt dat geen sprake is van tegemoetkomen in de zin van artikel 8:75a Awb. De uit de aanslag en boete voortvloeiende betalingsverplichtingen zijn vervallen door kwijtschelding door een ander bestuursorgaan dan de Inspecteur, te weten de Ontvanger. Daarnaast heeft die kwijtschelding, die klaarblijkelijk gegrond is op artikel 28abis Uitv.reg. IW 1990, geen enkele relatie met de door X aangevoerde beroepsgronden.

Ook het verzoek om toekenning van een vergoeding voor immateriële schade wegens overschrijding van de redelijke termijn wordt afgewezen.

Metadata

Rubriek(en)
Formeel belastingrecht
Belastingtijdvak
4 juli 2014 t/m 3 juli 2019
Instantie
Hof Arnhem-Leeuwarden
Datum instantie
19 juli 2022
Rolnummer
21/00678
ECLI
ECLI:NL:GHARL:2022:6286
NLF-nummer
NLF 2022/1567
Aflevering
11 augustus 2022
bwbr0005537&artikel=8:75a,bwbr0005537&artikel=8:75a

Naar de bovenkant van de pagina