Direct naar content gaan

Gerelateerde content

Samenvatting

Spanje kent op grond van een in 1979 gesloten volkenrechtelijk concordaat met de Heilige Stoel aan de Katholieke Kerk verschillende belastingvrijstellingen toe.

De Congregación de Escuelas Pías Provincia Betania is een instelling van de Katholieke Kerk (hierna: de Katholieke Kerk) en valt als zodanig onder het concordaat van 1979. Zij is eigenaresse van een perceel nabij Madrid. Op dit perceel is een school gevestigd. Met een beroep op het concordaat wenst de Katholieke Kerk de teruggaaf van een gemeentelijke belasting te verkrijgen die zij naar aanleiding van bouwwerkzaamheden aan een schoolgebouw heeft moeten betalen. De belastingvrijstelling is geweigerd omdat het gaat om een activiteit die geen verband houdt met de religieuze doelstellingen van de Katholieke Kerk.

De Spaanse rechter heeft aan het Hof van Justitie (HvJ) gevraagd of sprake is van op grond van artikel 107, lid 1, VWEU verboden staatssteun indien een lidstaat een religieuze gemeenschap vrijstelt van bepaalde belastingen en die vrijstelling ook geldt voor activiteiten die geen strikt religieus doel hebben. Volgens het HvJ kan dat het geval zijn indien en voor zover het daarbij gaat om economische activiteiten. De verwijzende rechterlijke instantie dienst dit na te gaan.

Conform Conclusie A-G Kokott.

Algemeen

Het HvJ komt in deze zaak tot de conclusie dat een vrijstelling voor de Spaanse Katholieke Kerk van een belasting op gebouwen die worden gebruikt voor activiteiten die geen strikt religieus doel hebben, kan worden aangemerkt als verboden staatssteun als bedoeld in artikel 107, lid 1, VWEU. Dit, indien en voor zover het gaat om economische activiteiten. Aangezien artikel 107, lid 1, VWEU ziet op ‘activiteiten van de ondernemingen’, dient allereerst vastgesteld te worden of de congregatie als onderneming kan worden aangemerkt. Uit vaste rechtspraak volgt dat het begrip ‘onderneming’ in de context van het mededingingsrecht van de Unie ‘elke eenheid die een economische activiteit uitoefent’ omvat, ongeacht haar rechtsvorm en de wijze waarop zij wordt gefinancierd. Als ‘economische activiteit’ kwalificeren ‘alle activiteiten die bestaan uit het aanbieden van goederen of diensten op een bepaalde markt’. Het feit dat deze activiteiten door een religieuze gemeenschap worden uitgeoefend is irrelevant. Verder preciseert het HvJ dat het ontbreken van een winstoogmerk bij het verrichten van die activiteiten niet afdoet aan het economische karakter, indien dit aanbod concurreert met dat van andere marktdeelnemers die wel winst nastreven.

Onderwijs als economische dienst

Metadata

Rubriek(en)
Europees belastingrecht
Belastingtijdvak
2011
Instantie
HvJ
Datum instantie
27 juni 2017
Rolnummer
C‑74/16
ECLI
ECLI:EU:C:2017:496
Auteur(s)
mr. T.H.J. Verhagen
Meijburg & Co, buitenpromovendus FIT, Tilburg University
NLF-nummer
NLF 2017/1631
Aflevering
13 juli 2017
Judoregnummer
JCDI:NFB579
bwbr-vweu &&artikel=107,bwbr-vweu &&artikel=107

Naar de bovenkant van de pagina