Direct naar content gaan

Gerelateerde content

  • Wet en parlementaire geschiedenis
  • Internationale regelgeving
  • Lagere regelgeving
  • Besluiten
  • Jurisprudentie
  • Commentaar NLFiscaal
  • Literatuur
  • Recent

Samenvatting

Een inwoonster van België houdt certificaten van aandelen in een in Nederland gevestigde vennootschap. Zij heeft in het jaar 2007 107.372 euro aan dividend ontvangen van de vennootschap. Op het dividend is 16.105,80 euro (15%) dividendbelasting ingehouden. Volgens de vrouw is de inhouding in strijd met het recht van de Europese Unie.
Hof Den Bosch heeft overwogen dat indien de vrouw in Nederland zou hebben gewoond, zij de ingehouden dividendbelasting zou kunnen verrekenen met de inkomstenbelasting en haar een teruggaaf zou zijn verleend.
Nu de vrouw als inwoonster van België niet buitenlands belastingplichtig is voor haar certificaten van aandelen is de ingehouden dividendbelasting voor haar eindheffing.
Volgens het Hof is tot een bedrag van € 526,86 sprake van een met artikel 56 EG (thans: artikel 63 VWEU) strijdige benadeling, waarvoor geen rechtvaardiging bestaat. De vrouw heeft volgens het Hof geen recht op teruggaaf van het volledige bedrag van de ingehouden dividendbelasting.
Zowel de vrouw als de staatssecretaris van Financiën hebben tegen de uitspraak van het Hof cassatieberoep ingesteld.
Advocaat Generaal Wattel heeft de Hoge Raad geadviseerd beide cassatieberoepen ongegrond te verklaren.
De Hoge Raad twijfelt over de toepassing van het recht van de Europese Unie in een geval als het onderhavige en stelt prejudiciële vragen aan het Hof van Justitie van de Europese Unie.
De Hoge Raad vraagt of voor de toepassing van artikel 63 VWEU de vergelijking van een niet-ingezetene met een ingezetene in een geval als het onderhavige, zich mede dient uit te strekken tot de op de dividendinkomsten drukkende inkomstenbelasting, waarmee de dividendbelasting bij ingezetenen wordt verrekend. Bij bevestigende beantwoording van deze vraag, stelt de Hoge Raad nadere vragen over de vergelijkingsmaatstaf en over eventuele rechtsgeldige neutralisatie in de woonstaat.
De zaak wordt aangehouden totdat het Hof van Justitie over de vragen heeft beslist.
Anders A-G Wattel.

Metadata

Rubriek(en)
Dividendbelasting
Belastingtijdvak
2007
Instantie
HR
Datum instantie
20 december 2013
Rolnummer
12/04717
ECLI
ECLI:NL:HR:2013:1774

Naar de bovenkant van de pagina