Direct naar content gaan

Samenvatting

X (belanghebbende) exploiteerde in 2014 een manege, annex land- en bosbouwbedrijf. Hij heeft op 15 april 2014 10.66.15 ha grond verkocht aan een derde (landbouwer) voor € 554.398. Deze grond maakte deel uit van een areaal waarop X op basis van de Regeling Stimulering Bosuitbreiding op Landbouwgronden (SBL-regeling) twintig jaar bos had staan en dat hij daarna weer geschikt heeft gemaakt voor landbouwgebruik.

In geschil is of de landbouwvrijstelling van toepassing is op de bij verkoop van de grond behaalde boekwinst. Dat is volgens Rechtbank Noord-Nederland niet het geval.

De erven van X, die in 2020 is overleden, hebben hoger beroep ingesteld, maar Hof Arnhem-Leeuwarden verklaart dat ongegrond. Door de wijziging van de bestemming van de gronden van bosbouw naar landbouw in 2014 en de daaropvolgende verkoop aan een landbouwer, die deze gronden sindsdien in het kader van zijn landbouwbedrijf heeft aangewend, heeft X winst gerealiseerd die noch onder de bosbouwvrijstelling, noch onder de landbouwvrijstelling valt.

De stelling dat de erven naar aanleiding van een uitspraak van de strafkamer van Hof Arnhem-Leeuwarden overgaan tot herinplant van het bos, leidt niet tot een ander oordeel. Deze stelling doet er niet aan af dat de feiten, zoals die zich in 2014 hebben voltrokken, blijven bestaan.

De Hoge Raad heeft op 10 november 2023 het beroep in cassatie tegen deze uitspraak verworpen onder verwijzing naar artikel 81 Wet RO (21/04889)

Metadata

Rubriek(en)
Inkomstenbelasting
Belastingtijdvak
2014
Instantie
Hof Arnhem-Leeuwarden
Datum instantie
19 oktober 2021
Rolnummer
20/00041
ECLI
ECLI:NL:GHARL:2021:9782
NLF-nummer
NLF 2021/2079
Aflevering
4 november 2021
bwbr0011353&artikel=3.11&lid=4,bwbr0011353&artikel=3.12,bwbr0011353&artikel=3.12&lid=1,bwbr0011353&artikel=3.12

Naar de bovenkant van de pagina