Het onderscheid tussen periodieke en gewone giften aan anbi’s wegnemen door invoering van dezelfde drempel en hetzelfde plafond voor periodieke giften als bij gewone giften in de inkomstenbelasting.
Sinds 1 januari 1984 bestaat een onderscheid tussen periodieke en andere giften en de ruimere aftrekmogelijkheid voor periodieke giften. Initieel werden met periodieke giften, giften in de vorm van lijfrenten bedoeld. Met ingang van 1 januari 2001 wordt in de wet (artikel 6.34 Wet IB 2001) gesproken over giften in de vorm van vaste en gelijkmatige periodieke uitkeringen die eindigen uiterlijk bij overlijden. De wetgever heeft hierbij gekozen voor aansluiting bij de definitie van periodieke uitkeringen, waardoor het onzekerheidsvereiste een rol speelt.
De maatregel om het onderscheid tussen periodieke en gewone giften aan anbi’s weg te nemen door invoering van dezelfde drempel en hetzelfde plafond voor periodieke giften als bij gewone giften in de inkomstenbelasting, is gezien de voorliggende tekst puur en alleen ingegeven vanuit complexiteitsreductie voor de Belastingdienst en vereenvoudiging voor de belastingplichtige. Naar mijn mening is het zuiverder om eerst en vooral te kijken naar doel en effect van het onderscheid en daar een maatregel op in te richten. Indien de regeling effectief is, is een aanpassing zoals die wordt beschreven het verkeerde pad. Het ligt dan meer voor de hand een maatregel voor te stellen die de complexiteit vermindert maar die het onderscheid in stand houdt.
Thema: Vereenvoudiging
Doel: Vereenvoudiging inkomstenbelasting
Omschrijving van de maatregel
Het onderscheid tussen periodieke en gewone giften aan ANBI’s wegnemen door invoering van dezelfde drempel en hetzelfde plafond voor periodieke giften als bij gewone giften in de inkomstenbelasting.
Achtergrond/rationale
De giftenaftrek kent een tweetal verschillende categorieën giften aan een viertal verschillende typen instellingen die tot verschillende uitkomsten kunnen leiden. De tabel hieronder geeft dit kort weer:
Â
Periodieke giften (geen drempel en plafond)
Gewone giften (wel drempel en plafond)
ANBIa
Aftrekbaar
Aftrekbaar
Culturele instelling ANBIÂ Â
Aftrekbaar (multiplier)
Aftrekbaar (multiplier)
Verenigingb
Aftrekbaar
Niet aftrekbaar
Steunstichting SBBIc
Niet aftrekbaar
Aftrekbaar
a Algemeen nut beogende instelling. b Uitsluitend verenigingen met ten minste 25 leden, volledige rechtsbevoegdheid, niet vennootschapsbelastingplichtig, in de EU of Koninkrijk der Nederlanden of ander aangewezen land gevestigd. c Steunstichting SBBI is een steunstichting voor een sociaal belang behartigende instelling voor een kalenderjaar opgericht voor een bijzondere investering of uitgave ter gelegenheid van haar 5-jarig bestaan of een veelvoud daarvan.
Gewone giften aan ANBI’s en steunstichtingen SBBI’s zijn aftrekbaar boven een drempel van 1% van het inkomen, met een minimum van € 60, en tot een plafond van 10% van het inkomen.
Periodieke giften zijn giften aan ANBI’s en verenigingen in de vorm van vaste en gelijkmatige periodieke uitkeringen die uiterlijk eindigen bij overlijden. Aanvullende voorwaarden zijn dat deze giften worden vastgelegd voor minstens vijf jaar en dat deze zijn vastgelegd in een notariële of onderhandse akte van schenking. Deze giften zijn ten alle tijden aftrekbaar, dus zonder drempel en plafond.
Giften aan culturele ANBI’s kennen een multiplier van 1,25 in de inkomstenbelasting met een maximum van € 1250.
Uit de evaluaties blijkt dat belastingplichtigen niet goed op de hoogte zijn van het onderscheid tussen periodieke giften en gewone giften waardoor giften in het verkeerde vakje in de aangifte worden ingevuld, hetgeen leidt tot een onjuiste aangifte. Met invoering van dezelfde drempel en hetzelfde plafond voor de periodieke giften en voor de gewone giften maakt het ten onrechte invullen van eenmalige giften aan ANBI’s bij periodieke giften voor toepassing van de drempel en het plafond niet meer uit.
Met de invoering van dezelfde drempel en hetzelfde plafond voor de periodieke giften en voor de gewone giften wordt een complexiteitsreductie in de giftenaftrek gerealiseerd, hetgeen leidt tot beter uitlegbare en naleefbare wetgeving.
Het onderscheid tussen eenmalige giften aan verenigingen – niet aftrekbaar – en periodieke giften – wel aftrekbaar – blijft wel bestaan.
Effecten
Economie
–
Begroting
Op basis van aangiftegegevens 2017 zou de opbrengst € 55 miljoen bedragen, ervan uitgaande dat belastingplichtigen hetzelfde blijven geven als thans geschiedt aan periodieke giften. Het is echter te verwachten dat belastingplichtigen minder periodieke giften zullen doen, waardoor de opbrengst hoger kan uitvallen.
Overig
 –
Uitvoeringsaspecten
Deze maatregel leidt tot een vereenvoudiging voor de uitvoering van deze regeling door de Belastingdienst, en tot een vereenvoudiging van de aangifte voor belastingplichtigen.
Door het toepassen van de drempels op alle giften, komen er minder giften in aanmerking voor de giftenaftrek, waardoor er minder toezicht hoeft plaats te vinden.
Door het invoeren van dezelfde drempel en hetzelfde plafond voor periodieke en gewone giften neemt het aantal categorieën in de giftenaftrek af. Hierdoor stijgt de kwaliteit van de aangifte. Voor de burger is het vaak onduidelijk welke giften onder welke categorie vallen en wat het gevolg is voor de aangifte. Met deze vereenvoudiging zijn er minder categorieën waardoor fouten minder voorkomen en fraudemogelijkheid (niet toepassen van drempel en plafond terwijl dat wel moet) afneemt. Dit alles leidt tot een betere naleving van de wet.
De maatregel is voor de Belastingdienst een structuuraanpassing voor de inkomstenbelasting en leidt tot een afname van complexiteit.
Wijziging kan met ingang van het jaar t+2. Overgangsrecht voor bestaande periodieke giften kan worden overwogen.