Direct naar content gaan

Gerelateerde content

  • Wet en parlementaire geschiedenis
  • Internationale regelgeving
  • Lagere regelgeving
  • Besluiten
  • Jurisprudentie(50)
  • Commentaar NLFiscaal
  • Literatuur
  • Recent

Samenvatting

In 1999 heeft een BV op verzoek van een in 1921 geboren en in België wonende vrouw een Antilliaanse stichting opgericht waarin zij een vermogen van 1.363.414 euro heeft ingebracht. Het betreft een Stichting Particulier Fonds (verder genoemd: D). De BV heeft direct na de oprichting van D de oprichtersbevoegdheden overgedragen aan de vrouw. In augustus 2002 is de vrouw naar Nederland teruggekeerd, waar zij in 2007 is overleden. Zij had een dochter die aan een psychiatrische aandoening lijdt en van wie het vermogen onder bewind is gesteld.
D heeft op 22 november 2004 een Stichting opgericht. Het doel van deze Stichting is het beheren van beleggingen van D en het verstrekken van voorzieningen in natura aan de dochter. D heeft op 22 november 2004 een schenking van 1.363.245,98 euro aan de dochter gedaan, welke schenking door haar bewindvoerders is aanvaard. Vervolgens is in december 2004 een bedrag van € 1.460.394,60 overgemaakt door D op de rekening van de Stichting, tegen uitreiking van certificaten aan de dochter. D is in 2005 ontbonden.
Het geschil voor Hof Amsterdam betrof de vraag of het vermogen van D in de jaren 2001 tot en met 2004 bij de erflaatster moet worden gerekend tot de bezittingen als bedoeld in artikel 5.3 Wet IB 2001.
Het Hof heeft deze vraag ontkennend beantwoord. Het heeft overwogen dat de erflaatster niet over het vermogen van D kon beschikken als ware het haar eigen vermogen. Zij kon weliswaar haar wensen aan het bestuur van D kenbaar maken, maar niet gebleken is dat ze het bestuur opdracht kon geven om het vermogen van D over te maken naar zichzelf of naar anderen.
De staatssecretaris van Financiën heeft tegen de uitspraak van het Hof cassatieberoep ingesteld maar de Hoge Raad verklaart dit ongegrond. De oordelen van het Hof zijn juist en ook niet onbegrijpelijk.

Metadata

Rubriek(en)
Inkomstenbelasting
Belastingtijdvak
2001 - 2004
Instantie
HR
Datum instantie
15 maart 2013
Rolnummer
12.03372
ECLI
ECLI:NL:HR:2013:BZ4218
bwbid=bwbr0&artikel=5.3

Naar de bovenkant van de pagina