Direct naar content gaan

Gerelateerde content

  • Wet en parlementaire geschiedenis
  • Internationale regelgeving
  • Lagere regelgeving
  • Besluiten
  • Jurisprudentie
  • Commentaar NLFiscaal
  • Literatuur
  • Recent

Samenvatting

X (belanghebbende) is erfpachtster van het kerkgebouw, bekend als de Nieuwe Kerk te Amsterdam. Dit is een beschermd historisch monument. X, een stichting, is opgericht op 4 april 1979 en heeft als doelstelling ‘te bevorderen, dat de Nieuwe Kerk te Amsterdam, in overeenstemming met haar oorsprong en bestemming, mede gelet op de betekenis die zij heeft gekregen voor de totaliteit van de Nederlandse samenleving, zal fungeren als ontmoetingsplaats van de christelijke gemeente en de wereld, waarin zij leeft; zonder andere aspecten uit te sluiten zal deze ontmoeting in ieder geval plaats vinden op het maatschappelijk, cultureel, economisch en godsdienstig vlak’.
Hof Amsterdam heeft geoordeeld dat de Inspecteur door de gecorrigeerde vervangingswaarde te stellen op ƒ 10.196.000 de heffingsgrondslag niet op een te hoog bedrag heeft vastgesteld.
X herhaalt in cassatie haar voor het Hof gehouden betoog dat de gecorrigeerde vervangingswaarde op nihil moet worden gesteld.
De Hoge Raad stelt X in het gelijk. Het onderhavige kerkgebouw levert voor X, die naar moet worden aangenomen is opgericht om het voortbestaan van de Nieuwe Kerk als monument en een zinvol gebruik als zodanig te verzekeren, geen ander nut op - gelet moet alleen worden op het gebruik met het oog waarop de kerk door X wordt aangehouden - dan dat het inderdaad blijft voortbestaan als monumentaal gebouw. Dat nut kan niet in een geldwaarde worden uitgedrukt. Het cultuur-historische en esthetische belang van het gebouw voor de samenleving moet derhalve ook hier bij het bepalen van de gecorrigeerde vervangingswaarde buiten aanmerking blijven. Voorts dient voor de bepaling van het nut voor X het gebruik dat aan derden wordt toegestaan om de exploitatietekorten te verminderen, eveneens buiten aanmerking te blijven.
Een en ander leidt tot de gevolgtrekking dat de vervangingswaarde van het kerkgebouw met ondergrond wegens algehele functionele veroudering moet worden gecorrigeerd tot een gecorrigeerde vervangingswaarde van nihil.

Metadata

Rubriek(en)
Lokale heffingen
Belastingtijdvak
1990
Instantie
HR
Datum instantie
5 juni 1996
Rolnummer
30.314
ECLI
ECLI:NL:HR:1996:BI5433

Naar de bovenkant van de pagina