Direct naar content gaan

Samenvatting

Met ingang van 1 januari 2024 is de 30%-regeling versoberd door middel van een 30-20-10 regel (artikel 31a, lid 8, Wet LB 1964). Voor een periode van ten hoogste 20 maanden bedraagt de maximale vergoeding ten hoogste 30% van de grondslag, voor de daaropvolgende periode van ten hoogste 20 maanden ten hoogste 20% van de grondslag en voor de daaropvolgende periode van ten hoogste 20 maanden ten hoogste 10% van de grondslag (zie nader artikel 10ea Uitv.besl. LB 1965).

In bepaalde situaties bestaat geen recht op de maximale looptijd, dat is het geval indien sprake was van eerder verblijf of tewerkstelling in Nederland (artikel 10ef Uitv.besl. LB 1965) of wanneer de 30%-regeling niet binnen vier maanden na aanvang van de tewerkstelling is aangevraagd (artikel 10eg Uitv.besl. LB 1965).

Vraag

Komt het gekorte deel van de looptijd als eerste ten laste van de periode waarin recht bestaat op ten hoogste 30% (korten aan de voorkant) of als eerste ten laste van de periode waarin recht bestaat op ten hoogste 10% (korten aan de achterkant)?

Antwoord

Er wordt gekort aan de achterkant. Het gekorte deel van de looptijd gaat als eerste af van de periode waarin recht bestaat op ten hoogste 10%.

Metadata

Rubriek(en)
Loonbelasting
Belastingtijdvak
2024 e.v.
Instantie
Belastingdienst
Datum instantie
1 februari 2024
Rolnummer
KG:041:2024:2
NLF-nummer
NLF 2024/0335
Aflevering
6 februari 2024
bwbr0002471&artikel=31a&lid=8,bwbr0002489&artikel=10ea,bwbr0002489&artikel=10ef,bwbr0002489&artikel=10eg,bwbr0002489&artikel=10ea,bwbr0002489&artikel=10ef,bwbr0002489&artikel=10eg

Naar de bovenkant van de pagina