Direct naar content gaan

Gerelateerde content

  • Wet en parlementaire geschiedenis
  • Internationale regelgeving
  • Lagere regelgeving
  • Besluiten
  • Jurisprudentie
  • Commentaar NLFiscaal
  • Literatuur
  • Recent

Samenvatting

Een in Nederland woonachtige machinist heeft in 1994 tot 11 augustus uitsluitend in Nigeria werkzaamheden verricht en wel in de offshore- industrie aan boord van sleepboten. Feitelijk is hij aldaar in die periode van 1 januari tot en met 18 januari en van 16 februari tot en met 1 juli werkzaam geweest. De resterende tijd bracht hij met vakantie in Nederland door. Blijkens het Verdrag met Nigeria is het loon van de machinist in Nederland belast als zijn verblijf in Nigeria een totaal van 183 dagen niet te boven is gegaan. Voor die 183 dagentoets geldt volgens de Hoge Raad de fysieke aanwezigheid van de machinist in Nigeria in het desbetreffende belastingjaar (of aanslagjaar). Die aanwezigheid is korter dan 183 dagen en levert geen voorkoming van dubbele belasting op.
Een zelfde beslissing neemt de Hoge Raad voor een in Nederland wonende machinist/store-keeper die in 1996 in dienstbetrekking van een Cyprische werkgever was en werkzaamheden verrichtte aan boord van een varende installatie die actief was op het continentale plat van Brazilië. Zijn lijfelijke aanwezigheid in dat land had in dat jaar 47 dagen bedragen.
De arresten zijn conform de conclusie van A-G Wattel, die voor de eerste machinist nog wel een mogelijkheid tot verwijzing had gezien.

Metadata

Rubriek(en)
Inkomstenbelasting
Instantie
HR
Datum instantie
21 februari 2003
Rolnummer
37.011
ECLI
ECLI:NL:HR:2003:AF2699
ECLI:NL:PHR:2003:AF2699

Naar de bovenkant van de pagina