Direct naar content gaan

Gerelateerde content

  • Wet en parlementaire geschiedenis
  • Internationale regelgeving
  • Lagere regelgeving
  • Besluiten
  • Jurisprudentie
  • Commentaar NLFiscaal
  • Literatuur
  • Recent

Politieke column

Een veel hogere heffingsrente dan de marktrente maakte het tot 2013 lucratief om overtollige gelden bij de fiscus te stallen. Omvorming van het heffingsrentestelsel naar het belastingrentestelsel maakte aan deze praktijk resoluut een einde, vooral ook door de vrij lage belastingrente die de Belastingdienst sindsdien vergoedt. De momenteel bij financiële instellingen gehanteerde negatieve marktrente op spaartegoeden boven een bepaald grensbedrag lokt menigeen echter toch opnieuw naar de fiscus.

Wie via een zeer opportunistische winst- of inkomensverwachting voorsorteert op een veel te hoge voorlopige aanslag moet een opgeblazen belastingbedrag aan de fiscus overmaken. Het niet opteren voor een voorlopige teruggave, of tegen een te laag bedrag, heeft overigens hetzelfde effect. Met uitstel van de aangifteplicht en nog wat andere slimmigheden is het goed mogelijk de gelden enige tijd bij de fiscus te houden. Uiteindelijk loopt dit fiscale luchtkasteel wel weer leeg. Tot het moment dat een en ander door de Belastingdienst is gladgestreken, ontglippen de aldus gestalde centen aan de greep van de negatieve marktrente. Het is ‘sparen bij de fiscus 2.0’. Meer precies: het voorkomen van ontsparen.

Het stallen van geld bij de fiscus lijk mij echt iets dat bijvoorbeeld de ontvangst vennootschapsbelasting zou kunnen vertroebelen. Dat dit belastingmiddel met € 30 miljard in 2021 de hoogste ontvangst ooit heeft aangetikt, neem ik in het licht van het voorgaande dan ook met een korrel zout. Temeer daar het kabinet op Prinsjesdag, voorafgaand aan 2021, ‘slechts’ op een goede € 20 miljard aan ontvangst rekende, hetgeen later zelfs nog neerwaarts werd aangepast naar € 15 miljard. 

Oftewel, er heeft zich over 2021 een bizarre verdubbeling van de ontvangst vennootschapsbelasting voorgedaan. Het kabinet spreekt in het Financieel Jaarverslag over een meevaller van € 15 miljard. Ik heb het een paar keer gelezen, maar het staat er echt. Een meevaller. Als een belastingontvangst verdubbelt, is dat wel een erg eufemistische aanduiding.

Dit budgettaire wonder schreeuwt naar mijn opvatting om een uitgebreide verklaring van de minister van Financiën. Daarbij moet zeker ook oog zijn voor het ‘sparen bij de fiscus 2.0’. Nu bazelt het kabinet alleen wat over hogere bedrijfswinsten als oorzaak van de hogere vennootschapsbelasting, maar dat is echt te makkelijk. Met geen woord wordt gerept over andere oorzaken (zoals ook verkeerde ramingen van eerdere grondslagverbredingen).

Er is nog een andere optie: stop gewoon met het ramen van de ontvangst van de vennootschapsbelasting als schattingen achteraf nergens op blijken te slaan. Het is namelijk niet de eerste keer dat de plank gigantisch wordt misgeslagen. Laat het gaan. Dat is in de Haagse rekenkundige werkelijkheid echter moeilijk voorstelbaar, want met een micro-precisie worden belastingontvangsten vooraf ingeschat. Achteraf maken kabinet en parlement zich trouwens bijna nooit druk om de gerealiseerde ontvangsten en eventuele misperen, hetgeen dan weer een merkwaardige blinde vlek is. 

Waarom zijn beleidsmakers in dit geval nou zo stekeblind? Iedereen weet dat de vennootschapsbelasting als infuuszak is opgehangen om de Haagse begroting wat meer kleur op de wangen te geven. Een geveinsde hoge ontvangst vennootschapsbelasting komt dan heel goed uit, omdat relatief minder maatregelen nodig zijn. Zo kun je ogenschijnlijk een gat in de begroting dichten met het verkorten van een schijfgrens, terwijl de uiteindelijk gerealiseerde ontvangst veel lager zal zijn. Zolang realisatiecijfers weinig belangstelling krijgen, kraait hier geen haan naar.

Het kabinet heeft er op dit moment dus simpelweg geen belang bij om de vennootschapsbelasting een meer realistische ontvangst toe te kennen. Het is een van de redenen dat het stallen van geld bij de fiscus geen aandacht krijgt. Maar dat het kabinet de ogen sluit, betekent natuurlijk nog niet dat ‘sparen bij de fiscus 2.0’ niet voorkomt.

Metadata

Rubriek(en)
Overig
Auteur(s)
mr. dr. M.P.A. Spanjers
Columnist
NLF-nummer
NLF-P 2022/19
Publicatiedatum
23 mei 2022

Naar de bovenkant van de pagina