Direct naar content gaan

Gerelateerde content

Samenvatting

Tijdens een hoorzitting bij Rechtbank Noord-Holland, die van 10.19 uur tot 12.54 uur heeft geduurd, zijn volgtijdelijk de bezwaarschriften tegen in totaal 15 WOZ-beschikkingen besproken. Deze WOZ-beschikkingen betroffen verschillende woningen, waarvan een aantal is gelegen in andere gemeenten dan die waar de onroerende zaak van X is gelegen.
Alle bezwaarschriften waren ingediend door (het kantoor van) de gemachtigde.
In hoger beroep heeft Hof Amsterdam geoordeeld dat de onderhavige zaak en de 14 andere zaken die tijdens de hoorzitting zijn behandeld geen samenhangende zaken zijn in de zin van artikel 3, lid 2, van het Bpb (tekst vanaf 1 januari 2015).
Redengevend daarvoor achtte het Hof dat aannemelijk is dat vanwege de verschillen tussen de tijdens de hoorzitting besproken woningen, de door de gemachtigde volgtijdelijk op de bezwaren gegeven toelichtingen dusdanig verschillend zijn geweest dat niet gezegd kan worden dat dezelfde rechtsbijstandverlener nagenoeg identieke werkzaamheden kon verrichten in iedere zaak. De enkele omstandigheid dat de argumentatie in alle zaken was gebaseerd op een waardebepaling volgens de vergelijkingsmethode doet hieraan niet af, aldus het Hof.
Tegen dit oordeel heeft het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Heemstede (het college) cassatieberoep ingesteld.
Het college betoogt dat bij de beantwoording van de vraag of zaken ‘samenhangende zaken’ zijn in de zin van artikel 3, lid 2, van het nieuwe Bpb, niet bepalend zijn de daadwerkelijk verrichte werkzaamheden, maar dat beoordeeld dient te worden of de werkzaamheden nagenoeg identiek hadden kunnen zijn.
De Hoge Raad geeft het college echter geen gelijk.
Het oordeel van het Hof is niet onbegrijpelijk en behoefde ook geen nadere motivering.
De Hoge Raad oordeelt voorts dat het per 1 januari 2015 geldende nieuwe artikel 3 Bpb niet tot een vermindering van voordien toegekende vergoedingen mag leiden.

Metadata

Rubriek(en)
Formeel belastingrecht
Belastingtijdvak
2013
Instantie
HR
Datum instantie
18 maart 2016
Rolnummer
15/03065
ECLI
ECLI:NL:HR:2016:420
bwbr0005537&artikel=8:75&lid=1,bwbr0006358&artikel=3&lid=1

Naar de bovenkant van de pagina