Direct naar content gaan

Samenvatting

Op 17 juli 2013 is een Volkswagen Transporter Multivan 2.0 TSI, geïmporteerd. De datum van eerste toelating van het voertuig is 29 maart 2012. Op 15 september 2015 is het voertuig geëxporteerd. Bij die export is een teruggave verleend van € 6.179, op basis van de afschrijvingstabel. Op 11 februari 2016 heeft vof X (belanghebbende) het voertuig opnieuw geïmporteerd.

In geschil is de verschuldigde BPM bij her-import.

De vaststelling van de verschuldigde belasting vindt in beginsel plaats naar het tarief volgens artikel 9 Wet BPM, met een vermindering op de voet van artikel 10 Wet BPM, nu sprake is van een gebruikt voertuig. Bij die vaststelling is de historische bruto-BPM het uitgangspunt, dat wil zeggen het bedrag dat op grond van artikel 9 Wet BPM zou zijn verschuldigd bij de eerste toelating op 29 maart 2012. Het door X in de aangifte opgenomen bedrag van € 16.525 is niet de historische bruto-BPM, maar een ten tijde van de eerste import door de Inspecteur gemaakte herrekening van de bruto-BPM, die niet is gemaakt voor de vaststelling van de historische BPM, maar – zo heeft de Inspecteur ter zitting verduidelijkt – om ervoor te zorgen dat bij een mogelijk latere teruggave niet meer wordt terugbetaald dan is geheven. Dit brengt mee dat het primaire standpunt van X wordt verworpen.

Voor dat geval sluit Hof Arnhem-Leeuwarden zich aan bij het gezamenlijk standpunt van partijen dat de opgelegde naheffingsaanslag met toepassing van artikel 10b Wet BPM moet worden verminderd tot € 1.141 conform het subsidiaire standpunt van X, uitgaande van een bruto-BPM van € 20.302.

Metadata

Rubriek(en)
Autobelastingen
Belastingtijdvak
2016
Instantie
Hof Arnhem-Leeuwarden
Datum instantie
17 september 2019
Rolnummer
17/01298
ECLI
ECLI:NL:GHARL:2019:7585
NLF-nummer
NLF 2019/2195
Aflevering
3 oktober 2019
bwbr0005806&artikel=10,bwbr0005806&artikel=10,bwbr0005806&artikel=10b,bwbr0005806&artikel=10b,bwbr0005806&artikel=9,bwbr0005806&artikel=9

Naar de bovenkant van de pagina