Samenvatting
Op 19 september jl. heeft demissionair staatssecretaris Wiebes Kamervragen beantwoord over open fondsen voor gemene rekening. Dat de staatssecretaris Kamervragen beantwoordt, is niet verrassend. De inhoud van de antwoorden zal voor de geïnteresseerde fiscale lezer ook de uitstraling van gesneden koek hebben. Wat daarentegen wel opvallend is, is het volgende. De staatssecretaris beantwoordt drie reeksen vragen die allemaal separaat door verschillende Kamerleden zijn gesteld naar aanleiding van een artikel dat op 10 augustus jl. in het dagblad Trouw is verschenen.
Opinie
Er zit een grote mate van overlap tussen de vragen en dientengevolge ook tussen de antwoorden. Het Kamerlid Van der Lee (GroenLinks) beet het spits af op 11 augustus jl. Hij werd op 14 augustus gevolgd door de Kamerleden Van Weyenberg en Paternotte (D66). De laatste in de reeks was het Kamerlid Leijten (SP) op 17 augustus. Dit roept een aantal vragen op. Heeft Van der Lee bijvoorbeeld een abonnement op Trouw (al dan niet digitaal) of circuleert Trouw in een leesmap in de Tweede Kamer en staat de SP als laatste op de circulatielijst?
Opmerkelijk is dat zowel Van der Lee, Paternotte als Leijten lid waren van de Parlementaire ondervragingscommissie Fiscale constructies. Omdat het artikel in Trouw grote raakvlakken had met de zaken waar de commissie zich mee bezighield, zou ik hebben verwacht dat Kamerleden die deel hebben uitgemaakt van de commissie zich ad hoc nog één keer zouden hebben verzameld om gezamenlijk vragen te stellen. Wilde D66 dat niet, nu men uitzicht heeft op regeringsverantwoordelijkheid en wilde men zich daarom niet langer afficheren met de oppositie? Maar waarom trokken Van der Lee en Leijten dan niet gezamenlijk op? Is er nu reeds sprake van een scheuring in de linkse oppositie? Ook opvallend: de afwezigheid van Nijboer (PvdA), de voorzitter van de ondervragingscommissie, in het rijtje vragenstellers. Is ook dat een teken dat gezamenlijk optreden over links er niet in zit of genoot hij gewoon van een welverdiende vakantie? Ook opvallend: de afwezigheid in het rijtje vragenstellers van de afgevaardigden van het CDA en de CU in de ondervragingscommissie. Wilden zij de demissionaire staatssecretaris van de partij waarmee zij een coalitie gaan vormen, niet voor de voeten lopen? Maar waarom is D66 dan wel prominent aanwezig bij de vragenstellers? Is er nu al proactief sprake van een zeker schisma in Rutte III, met VVD, CDA en CU aan de ene kant en D66 aan de andere kant?
Wie het weet, mag het zeggen.