Direct naar content gaan

Samenvatting

X (verzoeker) heeft de wraking verzocht van de raadsheren die een beslissing gaan nemen in de zaak die bij de belastingkamer van de Hoge Raad is ingeschreven onder nummer 22/00557.

Hij heeft zijn wrakingsverzoek ingediend naar aanleiding van de aankondiging dat uitspraak zal worden gedaan. Niet valt in te zien dat uit die aankondiging valt af te leiden dat de raadsheren die de uitspraak zullen gaan doen vooringenomen zijn.

Aan zijn wrakingsverzoek legt X procedurele bezwaren ten grondslag. Hij betoogt dat hij niets heeft vernomen inzake een reactie of conclusie van dupliek van de staatssecretaris, dat de door hem voorgestelde werkwijze niet is gevolgd en dat de door hem nader ingediende klachten buiten beschouwing worden gelaten. Volgens X is hem onvoldoende de mogelijkheid geboden om verweer aan te tekenen. Daarom heeft hij geen andere keuze dan de Hoge Raad te wraken, aldus X.

X stelt niet, en zonder nadere toelichting valt ook niet in te zien dat de procedurele bezwaren de conclusie rechtvaardigen dat de gewraakte raadsheren ten aanzien van hem vooringenomen zijn en evenmin dat daarvoor een objectief gerechtvaardigde vrees bestaat. De Hoge Raad wijst het verzoek om wraking daarom af.

Metadata

Rubriek(en)
Formeel belastingrecht
Belastingtijdvak
2024
Instantie
HR
Datum instantie
22 maart 2024
Rolnummer
24/00663
ECLI
ECLI:NL:HR:2024:481
NLF-nummer
NLF 2024/0761
Aflevering
26 maart 2024
bwbr0005537&artikel=8:15,bwbr0005537&artikel=8:15

Naar de bovenkant van de pagina