Procesrecht / een tussenbeslissing van een Gerechtshof is niet voor cassatieberoep vatbaar

Samenvatting

In een KB-Lux zaak die betrekking heeft op navorderingsaanslagen inkomstenbelasting en vermogensbelasting had het Hof in een tussenvonnis beslist dat het beroep van de inspecteur op zijn geheimhoudingsplicht inzake het “Draaiboek rekeningenproject” en de tien interne dienstbrieven gedeeltelijk gerechtvaardigd is. Tegen dit oordeel stelde de belastingplichtige cassatieberoep in. De Hoge Raad verklaart het cassatieberoep echter ongegrond. Tegen tussenbeslissingen, zoals bedoeld in artikel 8:29, lid 3, van de Algemene wet bestuursrecht, stelt de wet geen afzonderlijk, tussentijds beroep in cassatie open. Tegen dergelijke beslissingen van de rechtbank of het gerechtshof kan ingevolge artikel 28, lid 5, van de Algemene wet inzake rijksbelastingen slechts worden opgekomen tegelijkertijd met het hoger beroep of het beroep in cassatie tegen de einduitspraak, zijnde de uitspraak waarbij het geding wordt afgedaan. Aangezien het onderhavige cassatieberoep zich slechts tegen zulk een tussenbeslissing richt, is dat beroep niet-ontvankelijk. Daaraan doet niet af dat de beslissing is gedaan in de vorm van een uitspraak, aldus de Hoge Raad. Conform A-G Wattel.