Samenvatting
Renske Leijten, lid van de Tweede Kamer voor de SP, baart de laatste tijd ook in fiscale kringen opzien. Enerzijds door haar optreden als lid van de Parlementaire ondervragingscommissie fiscale constructies. Anderzijds door haar niet aflatende stroom vragen aan de staatssecretaris van Financiën. Haar recente vragen over de deelname van Nederlandse belastingambtenaren aan het IFA-congres in Brazilië ontlokten in de fiscale praktijk wat korzelige reacties, variërend van ‘wat een kleinzielige vragen’ tot ‘waar bemoeit ze zich mee’.
Opinie
De staatssecretaris hield zijn antwoorden zakelijk. Op FiscaNet werd zijn reactie op 18 september jl. als volgt samengevat:
Ik ben zelf niet bij het congres aanwezig geweest, maar naar aanleiding van de vragen van Leijten en de beelden op sociale media van het congres met in de panels de usual suspects op een podium voor een scherm met daarop geprojecteerd de zoveelste slideshows over BEPS en ATAD1 en -2, kwamen bij mij de volgende gedachten op.
- Is het nog wel van deze tijd om fysieke meetings te organiseren waarbij een groot deel van de aanwezigen over grote afstanden dient te reizen, doorgaans niet CO2-neutraal?
- Kan zo’n congres niet veel efficiënter worden georganiseerd, bijvoorbeeld via webcasts of andere gremia waarbij men virtueel aanwezig is en vrolijk mee kan chatten?
- Was Brazilië wel een gelukkige keuze, gelet op de corruptie, de criminaliteit en de enorme kloof tussen arm en rijk in dat land?
Volgend jaar vindt het IFA-congres plaats in Zuid-Korea. Als de Noord-Koreaanse raketdreiging dan nog bestaat, bevat het gedicht ‘Portret van Olivia de Havilland’ van de hand van Jules Deelder nuttige aanbevelingen voor degenen die naar Seoel afreizen, of ze nu belastingadviseur of belastingambtenaar zijn. Wanneer u daar bent, hamster dan koffie, thee en andere benodigdheden opdat u niet geheel onvoorbereid onder de keldertrap belandt, al dan niet met een vergiet op het hoofd zoals gepropageerd door de Bescherming Bevolking in haar richtlijnen voor de burgerij ter bescherming tegen de bom. Een emmer met zand mag niet ontbreken, terwijl een zonnebril geen overbodige luxe is voor hen die dicht bij het vuur zitten. En het verdient geen aanbeveling om binnen een uur na de explosie al met plunderen te beginnen.