Direct naar content gaan

Samenvatting

X is vanaf 2007 werkzaam als gastouder. Zij heeft hiertoe bemiddelingsovereenkomsten gesloten met stichting A en met gastouderbureau B.
Vanaf het jaar 2010 geeft X haar opbrengsten als gastouder aan als winst uit onderneming. In de jaren daarvoor gaf zij haar opbrengsten als gastouder aan als resultaat uit overige werkzaamheden.
In het jaar 2011 bedroegen haar opbrengsten als gastouder in totaal € 13.664. Daarvan heeft zij € 8.319 ontvangen van A en € 5.345 van B. Na aftrek van de kosten van € 100, bedroeg het nettoresultaat in 2011 € 13.564.
Anders dan Rechtbank Noord-Nederland is Hof Arnhem-Leeuwarden van oordeel dat X te weinig zelfstandigheid bezit ten opzichte van A en B om een onderneming aanwezig te achten. Voorts zijn ook de risico’s die zij loopt van onvoldoende gewicht om tot de aanwezigheid van een onderneming te concluderen. Het hoger beroep van de Inspecteur slaagt.

Metadata

Rubriek(en)
Inkomstenbelasting
Belastingtijdvak
2011
Instantie
Hof Arnhem-Leeuwarden
Datum instantie
17 augustus 2016
Rolnummer
15/01094
ECLI
ECLI:NL:GHARL:2016:6586
bwbr0011353&artikel=3.5,bwbr0011353&artikel=3.5&lid=1,bwbr0011353&artikel=3.6,bwbr0011353&artikel=3.8

Naar de bovenkant van de pagina